De Luchtdoelartillerie bericht van de C.-2-7e Comp.Lu.Mitr., dat vijandelijk artillerievuur hem nood zaakte zijn stelling meer naar het westen te verplaatsen. Toen kapitein Volkers hem een nieuw stellingterrein wilde aanwijzen, ongeveer 500 m meer westelijk, bemerkte hij tot zijn verbazing dat onderdelen van de He Divisie terugtrokken. Aangezien hem geen bevelen voor een terugtocht hadden bereikt, stuurde hij zijn luitenant-toegevoegd naar het St.K.-IIe Divisie met de - thans laconiek aan doende - vraag of de te beschermen punten nog langer moesten worden beveiligd of dat de stellingen meer achterwaarts konden worden verplaatst. Omstreeks 17.00 ontving hij in zoverre uitsluitsel, dat de C.-IIe Divisie hem mededeelde dat de divisie opdracht had ontvangen om terug te gaan en dat hij nog wel nadere orders zou ontvangen. Dit was de reden dat de C.G. besloot zijn compagnie, in af wachting van deze nadere orders, te verzamelen bij zijn commandopost te Maarn. Hij kwam tot dit besluit, omdat hij verschillende eenheden - zowel infanterie, ca valerie als veldartillerie - in verzamelde verbanden zag terugtrekken. Daarom stuurde hij een aantal ordonnansen naar zijn onderdelen met de opdracht om zich bij zijn commandopost te verzamelen. Wal was er intussen bij deze onderdelen voorgevallen? In de namiddag had het ie peloton in toenemende mate last gekregen van vij andelijk artillerievuur. Toen de Pel.G. bij het naburige I-22 R.I. met zijn C.C. wilde telefoneren, bleek hem dat het bataljon terugtrok en ontving hij van de B.C. opdracht om met zijn peloton het bataljon te volgen. De terugtocht geschiedde zo overhaast, dat het personeel o.m. de strozakken moest achterlaten. Bij Odijk kreeg de Pel.G. opdracht om in stelling te komen om de terugtrekkende troepen te beschermen. Vervolgens zette het peloton de terugtocht via Bunnik en Utrecht voort en kwam bij de HAKA-fabriek (gelegen aan het Merwedekanaal, ten noord westen van de Munt) in stelling. Zoals hiervoren reeds is vermeld, had de C.-2e peloton zich om 15.00 bij zijn C.C. gemeld met het verzoek om zijn opstelling meer naar het westen te mogen ver plaatsen. Tijdens het overleg tussen kapitein Volkers en de Pel.C. was eerstge noemde het teruggaan van verschillende troepenonderdelen opgevallen. Dit pelo ton werd door de uitgestuurde ordonnans gevonden, waarna het zich ingevolge opdracht verzamelde bij de commandopost van kapitein Volkers. Het 5e peloton had omstreeks 11.00 drie laag vliegende vliegtuigen onder vuur ge nomen, die op hun beurt de pelotonsopstelling bestookten met mitrailleurvuur, wat het peloton op één gewonde kwam te staan. Omstreeks 18.00 bereikte dit peloton het bevel om terug te trekken op de commandopost van de C.C. Ondanks het feit, dat de infanterie in de omgeving van het 4e peloton om 16.00 was teruggegaan, bleef het peloton ter plaatse in stelling. Verontrust door deze vreemde gang van zaken, trachtte de Pel.C. verbinding te verkrijgen met zijn C.C., wat hem na veel moeite gelukte. Hij ontving toen de order om met zijn pelo- 693

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 165