De Luchtdoelartillerie had verschoten, nog over 714 bg's. Kapitein Broekman maakte zich dus terecht zorgen over zijn munitievoorraad. Hij stelde zich in verbinding met de C.Z. en verzocht deze de mogelijkheid te overwegen, munitie voor zijn batterij te doen aanvoeren uit Engeland. Het personeel van de 109e Bt.Lu.A. bevond zich op 10 mei om 3.00 in de hoogste graad van strijdvaardigheid. Omstreeks 3.30 hoorde kapitein Stigter het vuren van de 16e Bt.Lu.A. Even later passeerde een vliegtuig van onbekende nationaliteit. Toen vrijwel onmiddellijk daarop een tweede vliegtuig in zicht kwam, dat als een Duits toestel werd onderkend, liet kapitein Stigter het vuur openen. Met korte tussenpozen kwamen nu groepen vliegtuigen van verschillende sterkte over. De vijandelijke activiteit in de lucht hield aan tot ongeveer 9.00; daarna trad een be trekkelijke rust in. In de loop van deze dag kreeg ook kapitein Stigter van de C.Z. het bevel om twee vrachtauto's naar Halfweg te sturen om munitie op te halen. De kapitein vorderde daarop twee auto's en belastte een onderofficier en twee chauffeurs met de uit voering van deze opdracht1. De drie Me 110 vliegtuigen, die in de vroege morgen het vliegveld aanvielen, werden door het 73e en het 74e Pel.Lu.Mitr. krachtig onder vuur genomen, zonder zichtbaar resultaat echter. Hoewel daarna nog enige malen op vijandelijke vliegtuigen werd gevuurd, verliep de rest van de dag vrij rustig. In de avond van 10 mei arriveerden uit Breskens de eerste Franse eenheden. Luide toegejuicht door de bevolking, vertrokken zij in de richting Middelburg. Kort daarna volgden een sectie Franse wielrijders, bestemd voor patrouillegang tegen eventueel gelande valschermtroepen, en een compagnie Franse luchtdoelmitrail leurs, die opdracht had de luchtverdediging van de haven te organiseren. De Franse compagniescommandant, kapitein Seydaux werd door kapitein Geelhoedt ontvangen en - na gepleegd overleg - kwamen de vier secties van de compagnie in stelling rond de buitenhaven, respectievelijk bij de SHV (Steenkolenhandelsver- eniging), aan de noordzijde van de haven, bij de gebouwen van het Havenbe drijf en tussen het abattoir en de N.V. Havenbedrijf. De sectie wielrijders werd meer naar het noorden opgesteld, halverwege de keersluis en Oost-Souburg. Een luchtdoelbatterij van zes stukken van 2.5 cm arriveerde in de nanacht en kwam in stelling op het niet-afgebouwde fort 'De Ruyter'. Vroeg in de morgen opende ook het 76e Pel.Lu.Mitr. het vuur op een overkomend 1 De tocht van dit transport was avontuurlijk en vol gevaren. De onderofficier raakte gewond en werd in het hospitaal te 's-Gravenhage opgenomen. Slechts één auto keerde met munitie bij de bat terij terug. 716

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 190