753 De Luchtdoelartillerie In verband met de mogelijkheid van een vijandelijke landing op de Noordhol landse kust van het IJsselmeer ten noorden van Amsterdam, ontving de depotcom mandant op 14 mei omstreeks 9.45 de opdracht om alle pelotons naar 's-Graven- hage te verplaatsen. De O.L.Z. had namelijk besloten Noord-Holland ten noorden van het Noordfront van de Vesting Holland, met uitzondering van de Stelling van Den Helder, te laten ontruimen. De opdracht werd kort daarop in dier voege gewijzigd, dat de pelotons 2 tl. no. 2 zich moesten melden bij een bevelvoerend officier van de Lvd.Kr. Amsterdam, die zich met zijn onderdeel aan de zuidrand van Haarlem bevond, terwijl de pelotons 2 tl. no. 1 zich naar 's-Gravenhage moesten begeven. Daar voor deze verplaatsing over te weinig motortractie werd beschikt, mede door het feit dat op de voorafgaande dagen een zevental auto's tijdelijk ter be schikking was gesteld van de C.-Lvd., ondervonden deze verplaatsingen - door de noodzaak om auto's te vorderen - ernstige vertraging. Daardoor kon de voor Haarlem bestemde colonne eerst om 15.30 vertrekken en de colonne voor 's-Gravenhage pas om 18.15. Daarmee was aan het kortstondig bestaan van de luchtverdedigingsgroep Alkmaar een einde gekomen. De jonge dienstplichtigen van het depot hadden zich goed geweerd en zij hebben vermoedelijk zes vliegtuigen neergeschoten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 227