De Luchtwachtdienst Op 13 mei kon met de in de provincie Zeeland gevestigde luchtwachtposten geen telefonisch contact meer worden verkregen; alleen de posten Ierseke en Zierik- zee waren aanvankelijk nog bereikbaar. Verder vielen ook alle posten van de Luchtwachtgroep Breda uit. De commandant van deze groep verzamelde op deze dag namelijk het personeel van de posten Alphen, Bergen op Zoom, Breda, Hoogerheide, Waalwijk en Zundert en vertrok daarmee vervolgens in de rich tingvan Zeeuwsch-Vlaanderen. Op 14 mei kwam de groep in Sas van Gent aan, doch trok kort daarna verder naar Sluis. Het personeel van de Luchtwachtgroep 's-Hertogenbosch bleef op 13 en 14 mei te Zaamslag. Het stond daar onder bevel van de Commandant Zeeuwsch-Vlaan- deren, majoor P. H. de Heer. De tijd werd hier gevuld met exercitie en het houden van theorie van de rangen en graden in het Belgische en het Franse leger. Het plan bestond om het personeel naar Walcheren over te zetten, doch dat werd op 14 mei door de Commandant in Zeeland verboden. Daarom gaf majoor De Heer in de middag van 14 mei opdracht om een luchtwachtpost op te richten in Zaamslag. Nadat het Veldleger in de nacht van 13 op 14 mei de Grebbe- of Valleistelling had ontruimd en het Oostfront van de Vesting Holland had bezet, kwam de korpscommandant tot het besluit dat het H.L.B. Utrecht overbodig was geworden. Van de 59 luchtwachtposten, die aanvankelijk onder dit H.L.B. ressorteerden, waren slechts die te Gorinchem, Meerkerk, Utrecht, Vianen en Woerden nog in bedrijf; de opstellingsplaatsen van de overige 54 posten lagen in het door de vijand bezette gebied. Het personeel van genoemd H.L.B. vertrok, vergezeld van het te Utrecht aanwezige personeel van de voormalige Luchtwachtgroepen Zwolle en Zutphen en van de luchtwachtpost Utrecht, op 14 mei om 3.29 naar 's-Gravenhage. De sterkte van het aldaar gevormde depot steeg daardoor tot plm. 700 man. Hoewel de bevolking van Gorinchem in de loop van de morgen van 14 mei werd geëvacueerd, bleef de in deze stad gevestigde luchtwachtpost haar meldingen voortzetten. De post Sliedrecht trok echter in noordelijke richting terug op Bode graven. De posten Zaltbommel en Dordrecht verplaatsten hun opstellingen res pectievelijk naar Oudewater en naar Moerkapelle. Laatstgenoemde drie posten meldden zich vanuit hun nieuwe standplaatsen bij het H.L.B. Utrecht. Zoals reeds in Hoofdstuk VI, deel I, sub. c, werd vermeld, waren de telefooncentrales van dit opgeheven H.L.B. in de loop van 14 mei weer in bedrijf gesteld door perso neel van de Lvd.Kr. Utrecht/Soesterberg. Ook de posten Vianen en Meerkerk bleven tot het laatste toe hun meldingen door geven. Van de post Woerden kwam de laatste melding binnen op 14 mei te 8.30. 761

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 235