Steun der bondgenoten haar tegenstanders verre de baas was. Kwantitatief vooral voor wat betreft de bommenwerpers De Junkers-Ju 87 ('Stuka') beleefde tijdens de meidagen haar glansperiode, ter wijl de geallieerden niet beschikten over een dergelijk type vliegtuig. Voor zover bekend is, ontvingen wij binnen de Vesting Holland geen steun van Franse zijde, noch ook van de in Frankrijk gestationeerde Britse luchtstrijdkrach ten. Ook op hulp van onze Zuiderbuur (België) behoefde niet te worden gerekend. De Belgen werden al dadelijk volledig gebonden door de strijd aan het Albert- kanaal en aan de Maas. De enige luchtsteun, die wij bij de strijd om de Vesting Holland tenslotte ontvingen, kwam uit Engeland, maar na 12 mei was ook dit afgelopen, behalve dan dat er nadien nog enige malen door jachtvliegtuigen patrouillevluchten werden gemaakt langs de Nederlandse kust. Dat er na 12 mei niet meer op hulp kon worden gerekend, was de regering ge bleken uit een brief uit Engeland, die op 13 mei om 9-00 ln de Ministerraad (waarbij ook de O.L.Z. aanwezig was) werd voorgelezen1. Tijdens de hierna ontstane discussie kwam ter sprake of het wellicht niet wenselijk zou zijn, om in verband met de zeer ongunstige stand van zaken de wapens neer te leggen, doch generaal Winkelman voelde hier niets voor. Hierna ontving hij van de Minister raad als (laatste) mondelinge opdracht: De strijd naar eigen inzicht voortzetten, waarbij het brengen van nodeloze offers echter zoveel mogelijk diende te worden voorkomen. 1 Zie blz. 65 en 532, deel 1 c, van het verslag van de Enquête-commissie Regeringsbeleid 1940-1945. 79°

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 264