Uitvoering Duitse aanval
Om het bombardement op Rotterdam op 14 mei 1940 te kunnen uitvoeren,
kreeg hij op die dag tijdelijk de beschikking ('vorübergehend unterstellt') over het
Kampfgeschwader 54 van het IVe Flieger-Korps. Dat K.G. stond onder bevel
van kolonel W. Lackner en beschikte over 102 vliegtuigen van het type Heinkel-
He 111 P, waarvan er ongeveer 84 voor Rotterdam werden ingezet.
Om de luchttransporten te beschermen en de Nederlandse luchtstrijdkrachten
zoveel mogelijk afbreuk te doen, werd de Jagdfliegerführer 2 (Oberst Von Döring)
op 10 en 11 mei 1940 rechtstreeks onder de bevelen gesteld van de General z.b.V.
Generaal Putzier kreeg zodoende de beschikking over de volgende eenheden
('Deckungsverbande') jachtvliegtuigen en jachtkruisers (Zerstörer)
a Jagdschwader 26 (J.G. 26),
onder commando van Oberstleutnant Ritter von Schleich, en daarvan blijkbaar
de Ie en de Ille Gruppe, die tezamen ongeveer 62 Messerschmitt-Bf. 109 E jacht
vliegtuigen uit konden brengen (typen Ei, E3, E4 en E5)
b He Gruppe van Jagdgeschwader 186 (ll.\J.G. 186),
dat ongeveer 28 Messerschmitt-Bf 109 E kon uitbrengen. Deze Gruppe was zeer
waarschijnlijk ingedeeld als He Gruppe van J.G. 26, hoewel zulks nergens nauw
keurig wordt aangegeven. Wel echter spreken verschillende rapporten van de drie
Gruppen van J.G. 26, terwijl er maar twee boven Nederland hebben geopereerd;
c Jagdgeschwader 51,
onder commando van Oberstleutnant Th. Osterkamp, dat was samengesteld uit
3 Gruppen, die tezamen ongeveer 90 Messerschmitt-Bf 109 E konden uitbrengen en
d Jerstörergeschwader 26 ('Horst Wessel'
en daarvan de Ie en de lie Gruppe, die tezamen ongeveer 62 Messerschmitt-Bf
110 G (typen G en C2) jachtkruisers konden uitbrengen.
De totale gevechtssterkte van deze acht Gruppen kan dus worden gesteld op 180
Messerschmitt-Bf 109 E en 62 Messerschmitt-Bf 110 G vliegtuigen, d.w.z. 242
jachtvliegtuigen1.
1 In zijn Studie 'Der Einsatz der Luftlandetruppen im Westen 1940' schrijft Major a.D. Werner
Pissin omtrent zijn reconstructie van de inzet aan jachtvliegtuigen o.m.: 'Es sind keinerlei Unter-
lagen mehr über die Verbande des 'Generals z.b.V.' vorhanden, sodasz sich die Bearbeitung im
wesentlichen auf eine Befragung der Beteiligten aufbaut. Gewisse Beschrankungen sind daher an die
Vollstandigkeit der Angaben zu machen', en voorts 'Zur Behandlung dieses Abschnittes fehlen alle
authentischen Unterlagen. Die vorliegenden Berichte widersprechen sich zum Teil erheblich'. Pis
sin stelt, dat op 10 en 11 mei 1940 in Nederland slechts werden ingezet: 3 Gruppen van J.G. 51,
3 Gruppen van J.G. 26 en 2 Gruppen van Zerstörergeschwader 26. Uit het vorenstaande is ge
bleken dat zijn conclusies geen 100 zijn.
812
