Samenvatting en nabeschouwing De successen zijn ook alleen bereikt door een uitstekende onderlinge samenwer king van luchtvarend en grondpersoneel, die ontstaan was uit het bij de Militaire Luchtvaart levende gevoel van saamhorigheid. Het was aan deze saamhorigheid te danken, dat het moreel hoog en de onder linge verhoudingen goed bleven, niettegenstaande talloze deprimerende ge ruchten de ronde deden en een ieder voortdurend bloot stond aan grote geeste lijke spanningen. De verdiensten van de Militaire Luchtvaart werden dan ook beloond, toen de Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht na de capitulatie bij besluit van 18 mei 1940 het Wapen der Militaire Luchtvaart - namens Hare Majesteit de Koningin1 - begiftigde met het Ridderkruis 4e klasse der Militaire Willems-Orde. Door de voortdurende bezuiniging op de militaire begrotingen was er sedert jaren veel afgebroken, nagelaten of verwaarloosd. Materieel gezien was de toe stand bij de luchtverdediging dan ook niet gunstig. De G.-Lvd. en zijn staf hebben in de 1^ jaar, dat het Commando Luchtver dediging bestond, zich beijverd om de luchtverdediging op een hoger peil te brengen, doch de bestaande enorme materiële achterstand was in deze korte spanne tijds niet in te halen. In de vroege morgen van 10 mei 1940 beschikte de Militaire Luchtvaart slechts over de volgende gevechtsgerede operationele vliegtuigen 23 Fokker-G I A's 28 Fokker-D XXI'n 9 Fokker-T V'n 11 Fokker-C X'n 27 Fokker-C V'n 16 Koolhoven-FK 51'n2 11 Douglas-8A 3N'n totaal 125 vliegtuigen. De kwalitatieve waarde van deze vliegtuigen is voldoende belicht in de hoofdstuk ken I, II en III. 1 Militaire dapperheidsonderscheidingen worden verleend door de Koningin. Er is wel eens de vraag gesteld of de O.L.Z. de bevoegdheid had om deze hoge onderscheiding te verlenen. Al is hier omtrent geen schriftelijk bewijs te vinden, deze bevoegdheid moet hem zeker zijn verleend. Het wordt o.m. bevestigd in het Koninklijk Besluit van 18 juni 1948, no. 45, betreffende de verlening door H.M. de Koningin van een vlag aan het Wapen der Militaire Luchtvaart, waarin het besluit van de O.L.Z. van 18 mei 1940 - als ten rechte genomen - in de considerans werd opgenomen. 2 De Koolhoven-FK 51 is tijdens de oorlogsdagen niet ingezet. 922

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 396