Samenvatting en nabeschouwing
was geworden en hoelang de aflevering op zich liet wachten, indien de bestellingen
wèl werden geaccepteerd.
Als voorbeeld moge dienen de bewapening van de 18 Douglas-8A 3N vliegtuigen.
De bestelling van de daarvoor benodigde 72 FN-mitrailleurs werd in België ge
daan, nadat de beslissing omtrent de aankoop van de vliegtuigen was genomen,
dus lang vóór september 1939. Deze 72 mitrailleurs werden echter pas in februari
en maart 1940 uit België ontvangen.
Het is uit het voorafgaande duidelijk, dat zelfs met de beste wil van de wereld de
26 Fokker-G I.B ('Wasp') vliegtuigen niet vóór 10 mei 1940 bewapend hadden
kunnen worden. Om deze reden werd de levering van de eerste twaalf van deze
toestellen aan Fokker opgedragen per 1 juli 1940.
Een betere aanvulling van onze jachtvliegtuigen hadden wellicht de 50 volledig
uitgeruste en bewapende jachtvliegtuigen van het type Gurtiss-P 40 kunnen zijn,
die in de nazomer van 1939 via een tussenpersoon van Amerikaanse zijde werden
aangeboden. Dit aanbod heeft de Minister van Defensie echter pas bereikt, toen
de optie op deze vliegtuigen reeds was verstreken. Het blijft echter de vraag, of
genoemde minister - bij tijdige kennisneming - wel tot aankoop van dit type zou
zijn overgegaan.
2 De luchtdoelartillerie
De luchtdoelartillerie onderging gedurende het kortstondig bestaan van het Com
mando Luchtverdediging een grote vernieuwing.
Toen het commando op 1 november 1938 werd opgericht, konden er aan geschut
slechts 9 vuurmonden van 7.5 tl. gevechtsgereed worden gemaakt. Op 1 mei 1940
bedroeg dit aantal 355 gevechtsgerede vuurmonden, nl. 84 kanonnen van 7.5 tl.,
39 oude kanonnen van 6, 7 en 10 tl. en 232 kanonnen van 2 en 4 tl.
Sinds 1 november 1938 waren naast het middelbare geschut ook automatische
vuurmonden van 2 en 4 cm ingevoerd. De compagnieën luchtdoelmitrailleurs
van het Veldleger hadden voor de strijd op zeer korte afstand weliswaar nog een
gedeelte van hun mitrailleurs behouden, doch hun hoofdbewapening bestond
thans uit automatische 2 cm kanonnen. Ook veel van de mitrailleurpelotons in
de luchtverdedigingskringen waren aldus reeds van een modernere bewapening
voorzien, terwijl daarnaast nog de geheel nieuwe 2 cm pelotons kwamen van het
Vrijwillig landstormkorps luchtafweerdienst, dat was opgericht op 1 maart 1939.
Bovendien was nog een nieuwe serie uiterst krachtige vuureenheden gevormd
door de oprichting van de batterijen automatisch 4 cm geschut, terwijl voorts
het aantal batterijen van middelbaar kaliber was uitgebreid. Het aantal oude
batterijen van 6 en 7 cm bleef niettemin nog vrij groot. Van de 40 batterijen van
926