De Luchtdoelartillerie resultaten - doorging met het schieten op de binnen vuurbereik komende vlieg tuigen. Toen de uitgestuurde patrouille de spoorbaan Rotterdam - Dordrecht bereikte, was verder gaan naar de grote verkeersweg niet mogelijk, omdat de valschermtroe pen zich reeds hadden verzameld en oprukten in de richting van de beide brug gen. Terwijl de patrouille - in dekking gegaan achter de spoordijk - de vijand on der vuur nam, stuurde sergeant Hagendoorn een der vier soldaten naar de com mandant van het luchtverdedigingspunt met het verzoek om versterking. Luite nant Goldsteen belastte hierop een korporaal met het bevel over het 86e Pel.Lu. Mitr. en spoedde zich met vier soldaten naar de spoorbaan. De overmacht was ech ter te groot. De patrouille verloor reeds dadelijk één soldaat, die dodelijk werd ge wond, terwijl luitenant Goldsteen en een andere soldaat eveneens verwondingen opliepen. Omsingeld door de vijand moesten hij en zijn mannen zich overgeven. Sergeant Hagendoorn daarentegen had zich met één van zijn soldaten tijdig terug getrokken in een woning en zette van hieruit het vuren op de vijand voort. De ge wonde luitenant Goldsteen werd na zijn gevangenneming gedwongen de overige manschappen van het peloton toe te roepen, dat zij het vuren moesten staken en zich overgeven. Op deze wijze kwam een einde aan de gevechtsactie van het 86e Pel.Lu.Mitr. Al leen de sergeant-pelotonscommandant Hagendoorn en de hem vergezellende sol daat slaagden er in langs een grote omweg de commandopost van de Kr.C. te Rot terdam te bereiken, die hen indeelde bij het 56e Pel.Lu.Mitr. op de noordelijke Maasoever. De C.-85e Pel.Lu.Mitr. trachtte de vijand tot staan te brengen door het brugdek met het vuur van zijn wapens te bestrijken. Uit hun pelotonsopstelling konden de mannen de brug echter alleen van terzijde, maar niet in de lengterichting beschie ten. Dit werd noodlottig, omdat de brug was voorzien van stalen binten en een be tonnen rand langs het rijdek. Deze boden de vijand een prachtige dekking en stelde hem in staat om ongehinderd de Dordrechtse oever te bereiken. Ook aan de zuidzijde van Dordrecht waren valschermtroepen geland. Een groep van plm. 15 valschermjagers rukte uit zuidelijke richting op tegen het 85e Pel.Lu. Mitr. Hoewel het peloton met zijn mitrailleurs en karabijnen een krachtig vuur onderhield, kon niet worden verhinderd, dat de opstelling werd omsingeld. Onder het werpen van handgranaten, bestormde de vijand om 5.55 de opstelling en moest de pelotonscommandant zich met zijn mannen overgeven. Hiermee had het luchtverdedigingspunt Zwijndrecht opgehouden te bestaan en waren de beide bruggen in handen van de vijand. De verliezen aan Nederlandse zijde bedroegen zes doden en vijf gewonden. 596

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 58