Algemene oriëntering landse zijde - hetgeen in werkelijkheid beslist niet het geval was - volledig van de Duitse plannen op de hoogte was, dan wel voldoende lering uit het gebeuren in Noorwegen had getrokken1. Deze beweringen van Duitse zijde tonen tevens aan dat de C.-Lvd. bij het geven der nieuwe richtlijnen van de juiste premissen was uitge gaan. Op 23 april 1940 werd het ie Regiment huzaren-motorrijders (1 R.H.M.) onttrok ken aan de Lichte Divisie en ter beschikking gesteld van de G.-Vg.H. Het was be stemd voor de bestrijding van gelande valschermtroepen en werd gelegerd in Wasse naar. De vliegparken waren gelegen binnen de gezagsgebieden van de Commandant van het Veldleger (C.V.), de Commandant van de Vesting Holland (C.-Vg.H.), de Commandant in Zeeland (C.Z.) en de Commandant van de Stelling van Den Hel der (C.-Stg.Hd.), terwijl ook de met de verdediging van deze parken belaste troepen grotendeels afkomstig waren van de infanterie-eenheden, die onder de bevelen van genoemde gezaghebbenden waren gesteld. Het commando over de vliegparken be rustte echter bij officieren der Militaire Luchtvaart, die rechtstreeks onder bevel van de C.-Lvd. stonden. Deze 'vreemde' gezagsverhouding veroorzaakte voortdu rend moeilijkheden en wrijvingen, waaraan grotendeels een einde kwam door het volgende telex-bevel van de O.L.Z., dat op 26 april 1940 werd verzonden olz ahk afd. landmacht sectie rom. 1 b no 3 b ten gevolge van mijn telex-bevel dd 20 april 1940, afd. landmacht, sectie rom. 1 b, bepaal ik het volgende a de verdediging, bewaking, versperring (c.q. vernieling) van alle door de m.l. bezette vliegparken en hulp (nood) vliegvelden, gelegen in 1 Friedrich August von Metzsch: 'Die Luftlandung wurde von den Hollandern seit dem 2.5. erwartet'. Werner Pissin: Da der Angriffszeitpunkt in Belgien und Holland bekannt geworden war, stiessen die Luftlandetruppen - besonders am Sitz der Regierung und der vom Volke verehrten Königin auf einen Feind, der den Angriff am 10.5.1940 früh crwarLetc' (Deze schrijver beroept zich echter op Von Metzsch.) Wilhelm Speidel'Aber - man darf ohne weiteres annehmen, dass der unerwartete Erdwiderstand, auf den das L.L.-Unternehmen am 10. Mai 1940 innerhalb der 'Festung Holland' stossen sollte, auf Grund der Erkenntnisse aus den Norwegen-Erfahrungen der anderen Seite organisiert worden war'. 106

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 120