ie Luchtvaartregiment om de T V'n uitsluitend bij duisternis in te zetten. Het betrof tenslotte bombarde- mentsvluchten in eigen land en boven bekend gebied, zodat de vliegers geen kaart nodig hadden om b.v. een Moerdijkbrug of een vliegpark als Waalhaven te vinden. Het luchtvarend personeel was het axioma bijgebracht, dat bombardements- vluchten bij een heersend vijandelijk luchtoverwicht in beginsel slechts bij duister nis dienden te worden uitgevoerd. Nu het er op aankwam dit beginsel in de praktijk toe te passen, werd dat echter niet gedaan. De Bom.V.A. is tijdens de gevechtsdagen dan ook niet gebruikt, doch misbruikt. Het respect voor de T V bemanningen, die zonder morren of aarzelen hun hache lijke opdrachten uitvoerden, zal daarom des te groter zijn. Ook past een woord van hulde voor kapitein Sissingh, die onder deze omstandigheden steeds de goede geest in zijn afdeling wist te bewaren. De Bom.V.A. heeft tot het einde haar plicht vervuld en heeft daarom recht op de blijvende eerbied van het Nederlandse volk. Met de voorbereiding van een mogelijk tijdig uitwijken van personeel der Militaire Luchtvaart naar Engeland was het enigszins vreemd gesteld. Omdat het personeel van de Bom.V.A. op 14 mei de gehele dag verzameld bleef en in vliegkleding heeft klaar gestaan voor een onmiddellijk vertrek, is het hier de plaats om daar iets meer over te vermelden. Omdat hieromtrent slechts weinig op schrift is gesteld, terwijl er van die schaarse aantekeningen slechts weinig bekend is geworden, is het moeilijk de zaak juist weer te geven. Daarnaast bestaan er veel verklaringen, meestal berustend op 'van horen zeggen' en 'bij geruchte vernomen', die elkaar veelal tegenspreken. De hier volgende beschrijving is dan ook niet meer dan een reconstructie, maar dan wel een recon structie die de werkelijkheid benadert, zo niet geheel dekt, omdat zij in overeen stemming is met hetgeen omtrent de tijd en omstandigheden bekend is geworden. In het voor de Britse regering bestemde document van de O.L.Z., dd. 23 maart 1940 (waarover meer in hoofdstuk VIII) werden voor steun aan de Nederlandse strijdkrachten o.m. zes squadrons vliegtuigen met al hun materieel en de nodige gronddiensten aangevraagd. In verband daarmede heeft het in de bedoeling ge legen luchtvarend en technisch personeel der M.L. naar Engeland te zenden om - zodra zou blijken dat de Britse regering de aanvraag zou kunnen en willen hono reren - zo mogelijk vliegtuig- en ander materieel op te halen. Door de C.-Lvd. was de voorbereiding en regeling hiervan in handen gelegd van de Inspecteur der Militaire Luchtvaart (I.M.L.). Er is echter nimmer sprake geweest van een voorbereiding tot het uitwijken - zon der meer van personeel der Militaire Luchtvaart, omdat zulks in strijd zou zijn geweest met een verdediging tot het uiterste. Een uitwijken van de Militaire Lucht vaart of een deel ervan vóór de wapens zouden zijn neergelegd, zou een dolkstoot in 155

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 169