ie Luchtvaartregiment
Zij begeleidden de C V'n, nos. 631 (Van Duyl Schultz, commandant - Smits) en
645 (Ritsma - Talens). Bij Ede raakte men in gevecht met vijandelijke vliegtuigen,
die echter spoedig het gevecht afbraken. Bij Westervoort werden de vliegtuigen van
de grond af beschoten door Duitse luchtdoelartillerie, terwijl er tijdens de vlucht op
vele plaatsen geweer- en mitrailleurvuur werd ontvangen van Nederlandse troepen.
De drie vliegers van de patrouille waren om 6.05 weer boven hun basis terugge
keerd. Sergeant Steensma (218) had tijdens de vlucht de wielen geblokkeerd om het
draaien ervan tegen te gaan. Later dacht hij hier blijkbaar niet meer aan, want hij
landde op Buiksloot met geblokkeerde wielen, waardoor zijn toestel over de kop
sloeg en onherstelbaar werd vernield. Ofschoon de vlieger niet ernstig werd gewond,
moest hij naar een ziekenhuis worden gebracht.
De beide andere vliegers meldden, dat zij tussen Arnhem en Deventer één Duitse
verkenner hadden waargenomen.
De patrouille, die de bombardementsvlucht naar Delft zou beschermen, was als
volgt samengesteld
Fokker-D XXI, no. 221.
res. 2e lt.-vl. H.J. van Overvest, commandant
Fokker-D XXI, no. 212.
res. 2e lt.-vl. A.M. van de Vaart
Fokker-D XXI, no. 236.
res. 2e lt.-vl. H.B. Sitter
Op het bericht dat de vier G V'n om 5.30 zouden starten, gingen de drie vliegers om
5.29 de lucht in. Zij vlogen naar Ruigenhoek, zonder de C V'n onderweg te ont
moeten. Hier bleven zij toen enige tijd rondvliegen, tot zij om 5.45 bericht ont
vingen dat de start van de vier verkenners voorlopig niet doorging. Daarom landden
zij om 5.48 op het vliegpark Ruigenhoek.
Tenslotte startten dan om 6.15 de drie jagers en slechts drie van de aangewezen vier
C V'n, nl. de nos. 592 (Eenkhoorn, commandant - Van Liempd), 619 (Hellen-
doorn - Van Schaik) en 605 (Holtz - Van de Poest Clement), alle drie van de Ille
Verk.Gr. Kort daarop kregen deze echter versterking, toen de G V, no. 621 (De
Raaf- Kuiter) van de lie Verk.Gr. zich bij hen voegde.
De formatie werd onderweg niet door vijandelijke vliegtuigen aangevallen. Alleen
de nos. 592 en 621 wierpen hun bommen af. De vliegers rapporteerden bij terugkeer,
dat de spoorbaan Delft - Rotterdam op twee plaatsen was vernield en dat zij even
ten zuiden van Delft, vlak bij de spoorbaan, de C X, no. 708, hadden zien staan.
Verder maakten zij melding van hetgeen zij bij Ypenburg, bij Ockenburg en op
het strand bij Scheveningen hadden gezien aan geland en ten dele vernield of ver
brand vijandelijk en eigen luchtvaartmaterieel.
190
