ie Luchtvaartregiment Garnizoenscommandant van Amsterdam marcheerde hij daarna tegen i i.oo met zijn compagnie en de sectie van de 18e Dep.Comp.Bew.Tr. af. Op het eerste gezicht doet het vreemd aan, dat er opdracht werd gegeven voor de ontruiming en de vernieling van een vliegpark, dat tot dusverre aan de aandacht van de vijand was ontsnapt. Vooral als men daarbij in aanmerking neemt, dat het personeel en het materieel van dit ontruimde vliegpark zich moest verplaatsen naar Schiphol, dat de vijand uitstekend bekend was en dat reeds op de eerste ge vechtsdag door hem was gebombardeerd. Deze opdracht vloeide echter voort uit de beslissing van de O.L.Z., dat Noord-Hol land ten noorden van het Noordfront van de Vg.H. - met uitzondering van de Stel ling van Den Helder - moest worden ontruimd, aangezien het gevaar bestond dat de vijand vanuit Friesland het IJsselmeer zou oversteken en een landing zou uit voeren op de Noordhollandse kust. Niettegenstaande het vliegpark Buiksloot maar even ten zuiden van genoemd Noordfront lag, achtte de G.-Lvd. de ligging van dit park te kort achter dit front, weshalve hij bevel gaf het te laten ontruimen. Toen de jachtvliegers vernamen, dat zij de terugtocht van het Veldleger moesten dekken, waren zij verbaasd en lichtelijk ontnuchterd. De tijding dat de Vallei- of Grebbestelling werd ontruimd, had hen op dat moment nog niet bereikt. Hoe vaak was niet verkondigd, dat het Veldleger in deze stelling, die door uitgestrekte nundaties werd gedekt, het maandenlang zou kunnen uithouden. Noord-Brabant was reeds ontruimd en bovendien bevond de as: Moerdijk-Dor- drecht-Rotterdam zich in handen van de vijand. Zij mochten dan al geen strategen of grote tactici zijn, nuchter en reëel als zij waren, voelden zij aan dat dit het begin was van het einde. Zouden zij nu met een handjevol D XXI'n en G I'n deze belang rijke en veelomvattende opdracht met een redelijke kans op succes kunnen uit voeren? Gelet op het vijandelijke luchtoverwicht, moest zulks te enen male uit gesloten worden geacht. Maar een bevel is een bevel en dusgingen zij Voorlopig kon niet worden gestart, omdat het vliegpark in een dichte grondmist was gehuld. Kort voor 7.00 trok deze enigszins op en om 7.05 was de volgende pa trouille van vijf jagers in de lucht Fokker-D XXI, no. 240. res. 2e lt.-vl. J. Tuininga, commandant Fokker-D XXI, no. 236. res. 2e lt.-vl. H.B. Sitter Fokker-D XXI, no. 221 res. 2e lt.-vl. H.J. van Overvest 202

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 216