ie Luchtvaartregiment
meenden, dat de laatste zin door de commandanten aan hun motivering was toe
gevoegd uit vrees voor represailles en zucht naar eigen lijfsbehoud.
De C.-ie Ja.V.A. schoot met zijn pistool gaten in de benzinetanks van de negen1
nog vlieggerede D XXI'n, waarna een afgestreken lucifer het vernielingswerk vol
tooide. Een groot deel van de aanwezige handvuurwapens werd in de brandende
vliegtuigwrakken geworpen.
Bij het uitbreken der vijandelijkheden beschikten de ie en de 2e Ja.V.A. over in
totaal twintig gevechtsgerede D XXI'n, terwijl er nog één D XXI van 1-V-2 Lv.R.
in de loop van 10 mei aan dit aantal werd toegevoegd. Van deze eenentwintig
vliegtuigen waren er dus op 14 mei nog slechts acht over.
Buiten de luchtgevechten, die op 10 en 11 mei werden gevoerd, hebben de jacht-
toestellen van de beide Ja.V.A.'s geen gevechtsaanraking meer gehad met vijande
lijke vliegtuigen. De jachtvliegers van deze afdelingen zijn er goed vanaf gekomen.
Het technisch personeel heeft onder deprimerende en zenuwslopende omstandig
heden bovenmenselijke prestaties moeten leveren om steeds een zo groot mogelijk
aantal vliegtuigen gevechtsgereed te houden. Men bedenke hierbij, dat de beide af
delingen in de loop van de vijf gevechtsdagen tweemaal werden verplaatst en
voorts, dat het werk ongedekt in de open lucht geschiedde en herhaaldelijk moest
worden onderbroken voor luchtalarm.
c Het verloren gaan van het vliegpark Waalhaven en de ge
vechtsacties van de 3e Jachtvliegtuig Afdeling
(zie kaart no. 5 en de bijlage no. 25)
Alvorens over te gaan tot de beschrijving van de gevechtshandelingen op en rond het
vliegpark Waalhaven, die van zo beslissende betekenis zouden zijn voor het ver
dere verloop van de strijd op Nederlands grondgebied, dient eerst te worden nage
gaan op welke wijze de verschillende onderdelen op of bij het vliegpark waren op
gesteld, welke bevelen in de nacht van 9 op 10 mei werden ontvangen (of ge
geven) en welke maatregelen door de verschillende commandanten waren getroffen.
Het vliegparkcommando
Vliegparkcommandant was de reserve majoor-waarnemer J.C.M. Simon Thomas,
die in de uitoefening van zijn functie door een kleine staf werd bijgestaan. In de
1 Zie voorafgaande voetnoot.
206