ie Luchtvaartregiment te verdedigen met hun karabijnen. Omstreeks 5.10 vielen drie mitrailleurs uit door vuurstoringen en om 5.30 moest de Pel.C., die van alle zijden door de steeds meer op dringende vijand in het nauw was gebracht, zich met zijn mannen overgeven. De verliezen bedroegen vier gewonden. Het 50e Pel.Lu.Mitr. onderging later eenzelfde lot. De vier mitrailleurs vertoonden aanvankelijk herhaaldelijk storingen, doch nadat nieuwe patroonbanden waren ingezet, functioneerden zij goed. Ook dit peloton was in voorste lijn komen te lig gen door de landing van valschermtroepen ten westen van het vliegpark, zodat ook hier door de mitrailleurs afwisselend op luchtdoelen en op valschermjagers moest worden gevuurd. Na de insluiting door de vijand, gaf de bezetting zich over, toen de sergeant-Pel.C. door een schot in de borst buiten gevecht werd gesteld. Het 51e Pel.Lu.Mitr. had eveneens onmiddellijk de strijd aangebonden met de laag overkomende vliegtuigen. Een luitenant, die zich op last van de C.-ige Comp. Lu.Mitr. in de vroege morgen op weg had begeven om de pelotons te controleren, arriveerde kort na de vuuropening in de pelotonsopstelling. In overleg met de vaan drig-Pel.C. nam hij het commando op zich over de twee stukken 2 tl., terwijl de vaandrig belast bleef met het bevel over de vier mitrailleurs. Een korporaal en vier man werden uitgestuurd om reservemunitie te gaan halen uit een der gebouwen op het vliegpark. Omstreeks 4.30 kreeg dit gebouw een voltreffer, waardoor een groot deel van de munitievoorraad van het peloton verloren ging. Ondanks deze tegen slag bleef een ieder zijn plicht vervullen tijdens het hevige bombardement. Ook de karabijndragenden openden op last van de Pel.C. het vuur op de laag overkomende vliegtuigen. Omdat nu uiterste zuinigheid met de munitie was ge boden, maakte de vaandrig een ronde langs de mitrailleuropstellingen om de be dieningsmanschappen hiervan te doordringen. Ook na de landing van de valschermtroepen bleef het peloton in hoofdzaak vuren op de aanvallende vliegtuigen. Het was door de in de nabijheid gelegen opstellingen van de ie Compagnie, alsmede door die, welke later door een deel van de 2e Com pagnie in het zuidoostelijke hoekpunt van de Waalhaven werd ingenomen, vrij goed beschermd tegen rechtstreekse aanvallen van de vijandelijke grondtroepen. Toen de 2 tl. munitie was verschoten, zocht het bedieningspersoneel van de twee vuurmonden dekking tegen de wal van de Waalhaven. Twee van de vier mitrail leurs vuurden toen nog, maar omstreeks 6.15 was nagenoeg alle munitie verbruikt. Omdat de vijand de opstelling intussen tot op 12 m was genaderd, bleef de Pel.C. geen andere keus over dan zich over te geven. Het peloton, dat twee gesneuvelden en vier gewonden had verloren, werd door de Duitsers daarop afgevoerd naar het vliegpark. De luitenant, die zich na het openen der vijandelijkheden bij het pelo ton had gevoegd, werd in een auto geplaatst, die van een witte vlag was voorzien en 226

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 240