ie Luchtvaartregiment winnen, teneinde in samenwerking met de andere afdeling de vijand te dwingen de zuidelijke kant van de pieringang te verlaten, werden op korte afstand enige Duit sers zichtbaar, die met armgezwaai tot overgave aanmaanden. Vaandrig König gaf aan deze uitnodiging geen gevolg en beschoot hen. Kort daarop bleek ook de vliegparkcommandant - voorzien van een witte zakdoek - zich in de nabijheid te bevinden, die duidelijk de bedoeling had het batterij personeel het vuren te doen staken. Nog aarzelde de d.d. Bt.O., omdat de vliegparkcommandant geen bevels bevoegdheid had over de 77e Bt.Lu.A., maar toen hij zich realiseerde dat verder geen commandant in de buurt kon zijn, terwijl de kans de batterij te behouden - nu het vliegpark reeds was overgegeven - nihil was geworden, besloot hij zijn opstel ling over te geven. De afdeling onder de Bt.C. werd door een vijandelijk jachtvliegtuig tot zesmaal toe met de boord wapens aangevallen en onmiddellijk daarop door op korte afstand ge naderde valschermjagers aangevallen met handgranaten en bestookt door in be weging afgegeven vuur van hun pistoolmitrailleurs. De Bt.C. werd hierbij ernstig gewond, waarna de rest zich overgaf1. Alle gewonden, waaronder de Bt.C., werden onmiddellijk afgevoerd. De overigen werden gevankelijk weggeleid. De batterij had vermoedelijk drie vijandelijke vliegtuigen neergeschoten. Een groep van 24 man, onder leiding van twee sergeanten, wist zich aan krijgsge vangenschap te onttrekken. Gebruikmakend van de verwarring, die na de schiet partij op korte afstand vóór de opstelling van de dd. Bt.O. was ontstaan, wisten de mannen zich al vurende - in noordwestelijke richting - een weg te banen en Hey- plaat te bereiken. Vandaar werd de groep door een sleepboot overgezet naar de noordelijke Maasoever. Een deel van de mannen werd direct daarna ingezet voor de verdediging van een 1 Op deze periode slaat blijkbaar het gestelde in het artikel: 'So nahmen wir Waalhaven' uit 'DER ADLER' van 6 augustus 1940 (vertaald opgenomen in 'De Telegraaf' van 10 augustus d.a.v.) 'Het vliegveld kon als genomen beschouwd worden. Het landingsterrein was vrij van hindernissen en onze vliegtuiglandingstroepen, die elk ogenblik konden komen, hadden vrije baan. Alleen uit de Skoda-batterij kwam nog vuur. Dit moest eerst tot zwijgen gebracht worden. Juist als ik het veld verlaten wil, landt een Duits vliegtuig. Ik stop en beduid de piloot eveneens te stoppen. Het vliegtuig rolt tot aan mijn auto. Ik wijs de luitenant-vlieger op de kaart de positie van de batterij en geef hem de kaart. 'U doet mij een groot genoegen wanneer U deze batterij met een paar lage aanvallen wat respect inboezemt'. 'Begrepen, kapitein, het komt in orde'. Hij start terstond, ik zie hem een ronde ter oriëntering maken en dan omlaag duiken naar de batterij. Fel knettert zijn machinegeweervuur. Nog tijdens deze geïmproviseerde aanval, die de Hollandse artilleristen dwingt dekking te zoeken, vallen mijn jagers aan. Zij vuren met hun lichte machinege weren, zonder eerst stelling te nemen, gooien handgranaten en in een handom draaien is de batterij veroverd'. 229

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 243