ie Luchtvaartregiment meer moeten plaats vinden en zeker niet naar Alkmaar, waarheen de C.-XIe Zl. Afd.tlzijn commandopost verplaatste. Indien het eerste bombardement op 10 mei - zoals op Ypenburg en op Waalhaven was geschied - was gevolgd door een landing van valschermtroepen, dan zou het vliegpark Bergen ongetwijfeld zonder veel moeite in handen van de vijand zijn ge vallen. De gebeurtenissen op dit vliegpark - die, zoals bekend is, uitsluitend bestonden uit bombardementen en beschietingen - hebben bewezen, dat voor de verdediging van een dergelijk belangrijk object, als een vliegpark, niet kan worden volstaan met het inzetten van slecht uitgeruste en onvoldoend geoefende troepen. De gevechtsacties van de 4e Jachtvliegtuig Afdeling (4e Ja.V.A.)1 Zoals reeds is vermeld, was alleen eerste-luitenant-vlieger J.W. Thijssen (no. 321) er in geslaagd tijdig van het vliegpark Bergen te starten. Hij was vergezeld van de dienstplichtig sergeant-boordtelegrafist/luchtschutter K. Vermaat2 en achtervolgde direct de aanvallende voorste negen He's 111 tot bij Hoorn. Hij was tot die achter volging overgegaan, omdat hij boven het vliegpark en zijn directe omgeving in zijn bewegingen werd belemmerd door het vuur van de luchtdoelbestrijdingsmid delen van de Luchtverdedigingsgroep 'Bergen'. In de buurt van Hoorn dwongen een veertiental Messerschmitt's 109 hem de achtervolging af te breken en uit te wijken naar het zuiden. Omdat zijn radiotelegrafist/staartschutter met geen enkel grondstation verbinding kon krijgen, vloog hij naar het vliegpark Schiphol, in de hoop zich daar te kunnen aansluiten bij andere jachtvliegtuigen. Toen hij dit vliegpark naderde, nam hij waar dat verschillende gebouwen in brand stonden. Eigen jachtvliegtuigen zag hij echter niet. Bij Halfweg viel hij toen - zonder zicht baar resultaat - een Duitse bommenwerper aan. Boven Haarlem ontmoette hij de Fokker-T V, no. 853 (Ruygrok), die hij enige tijd bleefbegeleiden. Luitenant Thijssen vloog vervolgens via Katwijk, waar hij drie op het strand staande Ju's 52 in brand schoot, in de richting van het vliegpark Ypenburg. Boven dit vliegpark opereerde alleen een groot aantal Duitse vliegtuigen, terwijl er door de Nederlandse luchtdoelbestrijdingsmiddelen hevig werd gevuurd. Omdat één enkele vlieger, die bovendien bijna al zijn munitie had verschoten, in deze 'heksen ketel' niets zou kunnen bereiken, verlegde hij zijn koers naar het noorden om weer op Bergen te landen. 1 Bijlage no. 26 geeft een overzicht van de gemaakte vluchten, de ingezette vliegtuigen en vlieg- tuigbemanningen. 2 Sergeant K. Vermaat werd als lid van een verzetsorganisatie op 31 juli 1942 te Amsterdam door de Duitse bezetter gefusilleerd. 269

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 283