ie Luchtvaartregiment 713 snel naar 300 m. De officier-waarnemer van no. 713 wierp zeven bommen van 50 kg (één bom bleef hangen), die terecht kwamen op het betegelde parkeerterrein tussen het Feijenoord-stadion en de spoorbaan. Met zijn vóór-mitrailleur beschoot de vlieger vervolgens verschillende levende doelen op het parkeerterrein. De 712 was bij het aanvliegen van het doel door de 713 te veel naar rechts gedrukt, waarom de waarnemer het niet raadzaam achtte zijn bommen af te werpen. De vlieger vloog daarom eerst door, maakte daarna keert en ondernam een tweede aanvalsrun. Ook de bommen van no. 712 kwamen neer op het parkeerterrein. Vliegende in Hubobé-stijl bereikten de beide C X'n - nadat de drie beschermende jagers te Buiksloot waren geland om 17.20 het vliegpark Bergen. Het verband 'Waalhaven' steeg ten westen van Rotterdam snel naar 350 m hoogte en vloog aan op het zo bekende vliegpark van deze naam. De waarnemers lieten on geveer gelijktijdig hun bommen vallen. Van de 705 bleven echter drie en van no. 711 bleef één bom hangen. Met uitzondering van één bom, die insloeg op de weg tussen het vliegpark en de Waalhaven, kwamen de overige bommen ongeveer in het midden van het landingsterrein tot ontploffing. Op lage hoogte vliegend, keerden de beide C X'n individueel - eveneens omstreeks 17.20 - behouden terug op hun basis, terwijl de drie jachtvliegtuigen landden op het vliegpark Buiksloot. Twee waarnemers hadden nog kans gezien om het resultaat van de bombarde menten te fotograferen. Na ontwikkeling werden de foto's naar de C.-Lvd. ge zonden. Gedurende de namiddag en de gehele nacht werkte het technisch personeel aan de vliegtuigen, zodat er in de vroege morgen van 13 mei opnieuw zeven G X'n ge- vechtsgereed konden worden gemeld. Omstreeks 21.30 ontving de G.-Strat.Ver.V.A. van de C.-Lvd. telefonisch een voorlopige opdracht om de volgende morgen, bij het aanbreken van de dag, een vijandelijke batterij ten noorden van Wageningen te laten bombarderen. Dit bom bardement, dat was aangevraagd door de C.V., moest óm 3.45 worden uitgevoerd. Daartoe zouden de vliegtuigen dus bij duisternis moeten worden getaxied over de smalle wegen naar het vliegpark en eveneens bij duisternis moeten starten. De C.- Strat.Ver.V.A. bracht bij de G.-Lvd. telefonisch ernstige bezwaren naar voren tegen dit starten bij duisternis. Hij achtte dit niet verantwoord, omdat er een aan tal moeilijke weggedeelten waren, vooral in de noordelijke toegangswegen, terwijl er talrijke zwakke plekken waren in het landingsterrein, die nog waren vermeerderd door de bombardementen van de voorafgaande dagen. De C.-Lvd. zag de juist heid van de bezwaren in, om welke reden hij om 22.55 aan de C.V. berichtte, dat het bombardement tussen 4.15 en 4.30 zou plaats vinden, in verband met technische moeilijkheden. 297

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 311