2e Luchtvaartregiment De C.-Ie Verk.Gr. had tevoren met de beide aangewezen officieren-waarnemer (Overgauw en Wagenaar) de opdracht uitvoerig besproken. Omdat deze opdracht nogal veelomvattend was en het praktisch onmogelijk was uitvoering te geven aan het gestelde in punt 31, droeg hij luitenant-waarnemer Overgauw op de verkenning van vijandelijke artillerieopstellingen voor zijn reke ning te nemen en deze te fotograferen. Luitenant-waarnemer Wagenaar kreeg tot taak de troepenverzamelingen vóór de Wonsstelling te verkennen. De C V, no. 594 (Overgauw - Klinkhamer) vertrok op 12 mei om 6.15 zonder jagerescorte. Om 6.30 boven de Wonstelling vliegend, nam Overgauw geen vijandelijke activi teit waar vóór deze stelling. Op zoek naar vijandelijke artillerieopstellingen ont dekte hij slechts één opstelling en wel in een bosje ten zuidwesten van Arum. Ten noorden van Pingjum nam hij een groot aantal afgezadelde paarden waar, die daar rond een boerderij stonden, waaruit was af te leiden dat zich bij deze boerderij een afdeling vijandelijke cavalerie ophield. Bij Arum, Koudehuizen en Wons werden vijf luchtfoto's gemaakt, waarna de 594 om 7.10 weer op zijn basis landde. De C.-Ie Verk.Gr. gaf de resultaten van de ver kenning onmiddellijk telefonisch door aan de C.-Stg.Hd. en liet hem om 11.50 per motorordonnans een aantal afdrukken toekomen van de gemaakte luchtfoto's. Het tweede verkenningsvliegtuig, de C V, no. 612 (WagenaarGeertsma), startte om 6.30 tegelijk met de G I, no. 325 (Jhr. Sandberg). De berichten, die Wagenaar onmiddellijk via de radio doorgaf, waren negatief. Zoals reeds in hoofd stuk II is vermeld, keerde de G I, no. 325, om 7.10 - tegelijk met de G V, no. 594 - op Middenmeer terug, tien minuten later gevolgd door de C V, no. 612. Om 6.45 ontving de C.-Ie Verk.Gr. door tussenkomst van de C.-2 Lv.R. van de C.-IV L.K. de volgende opdracht 1 Verken eventuele brugslag over de IJssel in het legerkorpsvak. 2 Verken het oprukken van vijandelijke troepen, eventueel pantsertroepen, tegenover het front van IV L.K. Ter uitvoering van deze opdracht startte om 7.10 de C X, no. 719 (res. kapt.-wrn. H.F.J. Harcksen sergt.-vl. J.G. Noest). Via Amersfoort, Voorthuizen en Apel doorn koerste de vlieger naar Deventer. Vandaar vloog hij - de IJssel in noorde lijke richting volgend over Harderwijk terug naar Amersfoort. Vóór het front van het IV L.K. werden geen troepenverplaatsingen waargenomen, terwijl ook niets werd gezien van brugslag over de IJssel. Het enige dat de waarnemer tijdens de vlucht opviel was, dat op enige kilometers ten noordoosten van Amersfoort acht huizen in brand stonden. Om 9.00 schoot kapitein Harcksen zijn negatief waar- 1 De schatting van de sterkte van de vijand in een bepaald gebied door een vliegtuigwaarnemer is, in het algemeen gesproken, een onmogelijke opgave. 325

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 339