335
2e Luchtvaartregiment
schikbare hulpvliegvelden De Zilk, De Klei en Vogelenzang nog niet bruikbaar
waren. Over deze hulpvliegvelden schreef de C.-Lvd. nog op 4 mei 1940 in een
brief aande Cn.-ien2 Lv. Rdat op deze velden pas over twee maanden zou kunnen
worden geland (de Inspecteur van de Militaire Luchtvaart stelde in een brief van
30 april deze termijn op twee tot zes weken). Voorts was de C.-Lvd. op 10 mei nog
niet bekend, dat later door de vijandelijke bezetting van de oostelijke oever van het
IJsselmeer de vliegparken in Noord-Holland op 12 en 13 mei zouden moeten worden
ontruimd. Gelet op de toestand van De Zilk is het begrijpelijk, dat op 10 mei aan
een verplaatsing naar dit hulpvliegveld nog niet werd gedacht.
Dat de Ie Verk.Gr. op 13 mei toch van Middenmeer naar De Zilk werd verplaatst,
moet dan ook worden gezien als een noodsprong. De toestand van dat veld was op
13 mei beslist niet beter dan op 1 o mei, maar in verband met de verwachte gevechts
handelingen in de provincie Noord-Holland was het noodzakelijk de verkennings
groep naar het Zuiden te verplaatsen. Omdat ook het vliegpark Bergen moest
worden ontruimd, moest de verkenningsgroep noodgedwongen wel terugvallen
op één van de nieuw aangelegde, nog niet geheel gereed gekomen hulpvliegvelden
De Zilk, De Klei of Vogelenzang. De keuze viel toen op De Zilk.
b Het gedeeltelijk verloren gaan van het vliegpark Ypenburg en
de gevechtsactie van de Jachtgroep Veldleger. De maatregelen
van de C.-IIe Verkenningsgroep
(zie kaart no. 9 en de bijlagen nos. 29 en 30)
De He Verkenningsgroep werd op 7 april 1939 geformeerd op het vliegpark Schip
hol en vervolgens gestationeerd op het vliegpark Ypenburg. Bij de algemene mobi
lisatie in augustus 1939 kreeg zij tot taak samen te werken met het II L.K., dat het
zuidelijk deel van de Vallei- of Grebbestelling bezette. Bij de Duitse inval op 1 o mei
1940 stond de He Verk.Gr. onder bevel van kapitein-waarnemer H.J.G. Lambert,
die door de C.-Lvd. tevens was belast met het vliegparkcommando.
Ook de beide afdelingen van de Jachtgroep Veldleger (V-2 Lv.R.), onder bevel van
kapitein-vlieger W.H. Wijnkamp, waren gestationeerd op het vliegpark, doch de
commandopost van deze jachtgroep was gevestigd nabij het hulp-vliegveld O eken-
burg, omdat de omgeving van Ypenburg geen geschikte plaats bood voor deze com
mandopost.
Sedert 20 april 1940 waren de bewaking en de verdediging van het vliegpark opge
dragen aan het Ille Bataljon van het Regiment Grenadiers (III-R.-Gr.), dat onder
bevel stond van reserve majoor E.C.F. ten Haaf. Dit bataljon was versterkt met
het ie en 2e peloton van het ie Eskadron Pantserwagens (ie E.Paw.), onder bevel