2e Luchtvaartregiment voorlopig in de richting van Ypenburg. Hij had voor zijn doel twee terreinen op het oog, één bij Maaldrift te Wassenaar en een tweede zuidelijk van 's-Gravenhage, t.w. het voetbalvelden-complex bij Ockenburg. Dezelfde nacht verkende hij dit laatste en verstrekte een luitenant opdracht het door hem met vlaggetjes aange geven gedeelte zo spoedig mogelijk te doen vrijmaken van doelpalen en hekken, om dat hij er binnen 24 uur met 6 Douglas-toestellen wilde landen. Voor inspectie vooraf was geen tijd meer. De luitenant zorgde voor monteurs en gereedschappen en de kapitein voor een vliegtuigtent. Zo is in november 1939 binnen 24 uur het noodlandingsterrein Ockenburg tot stand gekomen. Het is door de in de meidagen van 1940 aldaar gevoerde strijd een naam geworden, die in de geschiedenis zal blij ven voortleven Door kapitein Bach, die zelf de vliegtuigen had ingevlogen, was al een aantal van de bij zijn in oprichting zijnde afdeling ingedeelde vliegers op deze toestellen geoefend. En inderdaad zijn deze vliegers, die de machines nauwelijks kenden, vierentwintig uur later onder zijn leiding met zes Douglas-toestellen op Ockenburg geland. Daar na werden de overige vlieggerede toestellen overgevlogen, zodat reeds spoedig alle negen gemonteerde vliegtuigen op Ockenburg ger eed stonden. Intussen was het transport van de overige, nog niet gemonteerde negen toestellen - één grote colonne, waarbij sommige rompen op hun eigen wielen werden voortge- getrokken - ook op Ockenburg aangekomen. De volgende dag kon met de mon tage van deze toestellen worden begonnen. Zodra er een vliegtuig gereed was, vloog kapitein Bach het persoonlijk in. In deze taak werd hij later bijgestaan door reserve sergean t-vlieger JF. A. J ansen In maart 1940 keerden het personeel en het materieel naar Soesterberg terug, waar toen de afdeling definitief werd geformeerd1. In hoofdstuk I is reeds beschreven dat de Douglas-8A 3N geen jacht-, doch eerder een verkenningsvliegtuig was, dat tevens kon worden gebruikt als lichte bommen werper. Bovendien is daar vermeld, dat de C.-Lvd.-vermoedelijk pas op 7 mei 1940 - had beslist dat deze toestellen moesten worden gebruikt als jachtvliegtuig, zolang het bestaande tekort aanjagers niet was opgeheven. Dit was dan ook de reden, dat de afdelingscommandant zijn gehele bommenvoorraad - op 72 bommen van 50 kg na - op 9 mei 1940 heeft ingeleverd bij het munitiemagazijn Noorderweg te Halfweg. Op 7 en 8 mei 1940 werd de afdeling van Soesterberg overgeplaatst naar het vlieg- park Ypenburg. De op Soesterberg aanwezige 17 Douglas-8A 3N vliegtuigen wer den op 7 mei 1940 in twee keer van Soesterberg overgevlogen naar Ypenburg. 1 Voor zijn prestatie, vooral de snelle actie in november 1939, ontving kapitein Bach van de Com- mandant Veldleger (G.V.) een schriftelijke tevredenheidsbetuiging. 339

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 353