377 2e Luchtvaartregiment bevel was een uitvloeisel van het bevel van de onder de bevelen van de C.-Vg.H. gestelde C.-I L.K. Toen de C.-II-R.Gr. bij de Hoornbrug aankwam, vernam hij dat: a de bruggen over de Vliet reeds waren bezet, o.a. door personeel van het Ille Dep.B.A. b al enige afdelingen waren vooruit geschoven in de richting van het vliegpark. Daarom liet hij zijn 3e Compagnie een opstelling innemen aan de westzijde van de Vliet tussen 'Huis te Hoornkade' en de Kleiweg, terwijl hij zijn commandopost vestigde in villa Martha De rest van zijn bataljon stelde hij voorlopig op in de om geving van deze villa. Er waren nog andere detachementen - in hoofdzaak depottroepen - vanuit 's-Gravenhage gestuurd naar verschillende punten aan de Vliet. Een deel dezer troepen sloot de verschillende bruggen af tussen Leidschendam en de Hoornbrug. Een ander deel opereerde ten oosten van de Vliet. Ten zuiden van de Hoornbrug werden de trambrug en de wegen naar Wateringen en Poeldijk afgesloten en de 76e Bt.Lu.A. werd versterkt met een sectie, die de be waking op zich nam. Voorts kwam II-2 R.A., die te Naaldwijk was gelegerd, tus sen 9.00 en 10.00 bij de Hoornbrug aan. Deze afdeling had opdracht ontvangen om rechtstreekse steun te verlenen aan III-R.Gr.1. De afdelingscommandant, majoor ir. M. Tans, stelde zich daarom ter beschikking van majoor Van Grotenhuis en kwam met zijn afdeling in stelling bij de spoorwegovergang in de weg Rijswijk- Wateringen. De C.-IIe Verk.Gr. lichtte majoor Tans zo nauwkeurig mogelijk in omtrent de ligging van de verschillende gebouwen op het vliegpark, zodat deze op de kaart konden worden ingeschetst. Omsti eeks 10.30 had zich langs de Vliet een verdedigend scherm gevormd, dat zich uitstrekte van de trambrug (500 m ten zuiden van de Hoornbrug) tot het spoor wegviaduct bij Voorburg en dat was samengesteld uit een aantal losse detachemen ten van verschillende onderdelen. Het vertoonde niet veel samenhang en stond niet onder eenhoofdig bevel. Vóór dit scherm, in de richting van het vliegpark, be vonden zich 5.4e Dep.Bat. en het vijftig man sterke detachement van 1-7-III Dep. B A. De II-2 R.A. stond in stelling. Tussen de C.-II-R.Gr. en de C.-II-2 R.A.was een radioverbinding tot stand gebracht. Een aantal detachementen en eenheden van II-R.Gr. waren als reserve opgesteld op de Haagweg. De commandopost van de C.-IIe Verk.Gr. was verplaatst naar het perceel in de Oranjelaan, waarin zoals bekend - de foto-afdeling zich bevond. Het luchtvarend 1 De C.-2 R.A. kon vanzelfsprekend niet weten, dat de C.-III-R.Gr. met een deel van zijn batal- jon reeds door de Duitsers was gevangen genomen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 393