378
2e Luchtvaartregiment
personeel was tot nu toe in reserve gebleven in de omgeving van villa 'Martha'
en had op bevel van de C.-IIe Verk.Gr. de leiding op zich genomen van de pa
trouilles, die werden samengesteld uit het personeel van het detachement lucht
vaarttroepen.
Ongeveer terzelfdertijd ontving de C.-II-R.Gr. van de C.-Ie Div. het volgende
bevel
'Alle troepen omgeving Hoornbrug treden onder commando van C.-
II-R.Gr. voor aanval op Ypenburg'.
Dit bevel gaf de C.-IIe Verk.Gr. aanleiding om het volgende bericht te verzenden
aan de C.-2 Lv.R.'Ypenburg door vijand bezet. Pogen vliegveld te heroveren'.
Korte tijd later ontving de C.-Ie Div., kolonel W.K.F. Bischoff van Heemskerck,
van de C.-I L.K. de opdracht om de aanval op het vliegpark Ypenburg persoon
lijk te leiden en daarbij artillerie in te zetten. Hij kwam omstreeks 11.00 in Rijswijk
aan en vestigde zijn commandopost in het politiebureau. Er werd een telefonische
verbinding tot stand gebracht met de commandopost van de C.-II-R.Gr., die weer
gevestigd was in villa 'Martha', terwijl voorts een verbindingsofficier werd gede
tacheerd bij deze B.C.
De door de C.-II-R.Gr. bevolen aanvalsactie en die van de C.-Ie Div. worden niet
beschreven, omdat de C.-Lvd. hier geheel buiten stond. Het is van meer belang te
vermelden, welke gevolgen deze aanvallen hadden voor het groepje verdedigers
bij de watermolen en voor de Nederlandse krijgsgevangenen, die zich bevonden in
de kelder van het hoofdgebouw en in de daarnaast gelegen hangar.
Omstreeks 11.00 schoten de batterijen van II-2-R.A. zich om beurten in op de ge
bouwen van het vliegpark, waarbij het hoofdgebouw meerdere malen werd getrof
fen. Tijdens een vuurpauze ontbood de Duitse commandant majoor Ten Haaf en
verzocht hem een witte vlag op het gebouw te laten plaatsen en een parlementair uit
te sturen om aan de Nederlandse troepencommandant te kennen te geven, dat de
Duitsers zich wilden overgeven. Nadat hij zijn personeel in de hal van het hoofd
gebouw alle papieren en kaarten had laten verbranden, bedacht hij zich en ver
liet tijdens een vuurpauze met een groot deel van zijn ondergeschikten het gebouw,
onder achterlating van een achttal manschappen voor de bewaking van de
krij gsgevangenen
Van 13.13 tot 13.25 §af de C.-II-2 R.A. een uitwerkingsvuur af, zulks op verzoek
van de C.-II-R.Gr., die 13.25 had vastgesteld als uur 'U' voor een aanval van een
zijner onderdelen. Tijdens dit vuur werd herhaaldelijk de hangar getroffen, waar
in het grootste aantal krijgsgevangenen verblijf hield. Hierdoor ontploften o.a. de
daar aanwezige zuurstofcylinders. Ook vielen er doden en gewonden, waardoor er
zich een paniek van de krijgsgevangenen en hun bewakers meester maakte. Zij