387
2e Luchtvaartregiment
de tramlijn Wassenaar - Leiden bij Den Deyl tegen de grond, waarbij het grondig
werd vernield. Sergeant Kiel, die de val overleefde, hield zich nog vier uur in het
wrak schuil voor de daar strijdende luchtlandingstroepen.
De derde man van de patrouille, reserve sergeant-vlieger J. Eden (no. 247), schoot
tijdens zijn vlucht één Duitse jager neer. Toen hij gebrek aan munitie en benzine
begon te krijgen, landde hij om 5.00 weer op het zwaar gehavende vliegpark Ypen-
burg. Zijn toestel werd even na de landing in brand geschoten. De vlieger rende naar
de niet-gevechtsgerede no.227, teneinde met dat toestel opnieuw te starten, maar
voor hij het had bereikt, werd ook dit toestel in brand geschoten. Hierna sloot ser
geant Eden zich aan bij het groepje technisch personeel, dat zich van wapens had
voorzien om de vijand te bestrijden. Hij raakte na enige tijd in krijgsgevangen-
schap, maar wist later te ontsnappen en de Hoornbrug te bereiken.
De tweede patrouille kwam er iets beter af. De patrouillecommandant, tweede
luitenant-vlieger G. Steen (no. 246), probeerde direct na de start zijn mitrailleurs,
waarbij hem bleek dat alle vier weigerden. Daarom landde hij onmiddellijk weer
op Ypenburg en stapte over in de no. 215 van zijn nummer 3 (sergeant Linzel)Met
de no. 215 startte hij opnieuw, nog tijdens het bombardement.
Luitenant Steen nam daarna deel aan het algemene gevecht. Een persoonlijk
luchtgevecht heeft hij niet geleverd. Wegens gebrek aan munitie en benzine moest
hij omstreeks 5.05 met eert onbeschadigd toestel op het strand bij Kijkduin landen.
Na de landing werd de no. 215 echter door Duitse jagers in brand geschoten en
vernield.
Nummer 2 van Steens patrouille, reserve tweede-luitenant-vlieger A.M. van de
Vaart begreep uit het gebaar van zijn patrouille-commandant niet, dat hij door
moest starten en landde dus evenals deze weer op het vliegpark. Hij startte na drie
minuten opnieuw, tegelijk met luitenant Steen, maar verloor in de gevechten al
spoedig het contact met zijn commandant. Door benzinegebrek werd hij gedwon
gen een veld op te zoeken, waar hij kon landen en hij besloot naar Schiphol te
gaan. Onderweg schoot hij bij de Kagerplassen een Dornier-Do 17 neer, maar in
dat gevecht raakte zijn motor onklaar. Hij landde dan ook op Schiphol met een
stilstaande propeller, 's Middags verhuisde hij met de 2e Ja.V.A. naar het vliegpark
Buiksloot. Zijn toestel (no. 212) was het enige vliegtuig van de ie afdeling, dat op
de volgende gevechtsdagen nog aan de strijd heeft deelgenomen.
Nummer 3 van de patrouille Steen, reserve sergeant-vlieger J. Linzel, startte in de
no. 215. Ook hij begreep het gebaar van zijn commandant niet en landde even
als Van de Vaart - onmiddellijk weer op het veld. Hij moest toen zijn toestel afstaan
aan zijn commandant en kreeg zelf diens vliegtuig. Nadat het mankement aan het
bewapeningssysteem door grondpersoneel in korte tijd was verholpen, startte hij
toen met de no. 246. Vlak achter hem sloeg een bom in op de plaats, waar het toe
stel enige tijd had gestaan. De no. 246 werd tijdens de luchtgevechten zodanig door
