2e Luchtvaartregiment Doorn, waar het vliegtuig (no. 631) hevig was beschoten. Beide bemanningen landden weer behouden op Ruigenhoek, respectievelijk om 12.35 en om 12.50. Om x 115 ontving de C.-IIIe Verk.Gr. van de G.-Lvd. het voor de detachements commandant van de Strat.Ver.V.A. bestemde bevel om onverwijld - met twee af zonderlijk uit te sturen G X'n - het gebied te verkennen tussen de Maas, de Noord en de lijn Dordrecht-Rotterdam, alsmede mogelijke brugslag tussen het Kralingse Veer en Krimpen aan de Lek. Majoor Raland deed een beroep op vrijwilligers voor deze verkenningsopdracht en onmiddellijk boden zich twee vliegtuigbeman ningen aan, één van de Strat.Ver.V.A. en één van de Ille Verk.Gr. Hij instrueer de de bemanningen zelf. Zij waren: a reserve sergeant-vlieger (adsp. res. off.) R.M. van Luijk en reserve tweede- luitenant-waarnemer J.H.M. ten Holder, als bemanning voor de Fokker-C X, no. 706 en b reserve eerste-luitenant-vlieger H. Linschoten en reserve tweede-luitenant waarnemer Jhr. J.E. van Panhuys, als bemanning voor de Fokker-C X, no. 700. De beide vliegtuigen startten respectievelijk om 12.00 en 12.15. Hoe deze verken ningsvluchten verliepen, is vermeld op blz. 400 e.v., bij de beschrijving van de ge vechtsacties van de Strat.Ver.V.A. De verkenningsresultaten van het op het vlieg- park teruggekeerde vliegtuig (no. 706) werden om 14.00 door majoor Raland doorgegeven aan de C.-Lvd. Om 17.00 kwam van de C.-2 Lv.R. het bericht, dat de wapens moesten worden neergelegd. Kort daarop, nl. om 17.45, ontving de C.-IIIe Verk. Gr. van de G.- Lvd. het bevel om vliegtuigen, wapens, munitie en archieven te vernietigen. Met de uitvoering van dit bevel werd onmiddellijk een begin gemaakt. Tegen 19.00 begon men alle vliegtuigen op het landingsterrein bijeen te brengen om te worden verbrand. Terwijl men hiermee nog doende was, vertrokken om 20.15 zonder toe stemming van majoor Raland - reserve eerste-luitenant-vlieger E.M. Hoekstra en reserve kapitein-waarnemer C. G.R. van Marcelis Hartsinck met de Fokker-G X, no. 705 in de richting Zeeland. Het gelukte de waarnemer naar Engeland te ont komen. Later op de avond ontving de C.-IIIe Verk.Gr. het bericht, dat het vernietigen of onbruikbaar maken van materieel, wapens, enz. onmiddellijk moest worden ge staakt. Een zeer groot gedeelte was toen echter reeds verbrand of op andere wijze onherstelbaar vernield. Ook bij de IHe Verk.Gr. werden nagenoeg alle opdrachten gegeven door of namens de C.-Lvd. De C.-2 Lv.R. verdient echter alle lof voor de voortdurende zoi"g, die 428

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 444