476
De vliegscholen
Alle vlieggerede lesvliegtuigen waren in de vroege morgen van 10 mei verspreid
opgesteld.
De Commandant van het Bataljon Luchtvaarttroepen had aan de oostelijke rand
van het landingsterrein en in de noordwestelijke hoek van dit terrein vier, respec
tievelijk zes houten noodhangars laten bouwen. Elk van deze hangars bood plaats
aan één lesvliegtuig. De diepte van deze hangars was zo gering dat de staarten van
de daarin geplaatste vliegtuigen naar buiten uitstaken.
Halverwege de zuidelijke rand van het landingsterrein was een vliegtuigtent ge
plaatst, waarin zich ook nog een aantal vliegtuigen bevond. De overige vliegtuigen
waren opgesteld in de boomgaarden bij de zuidelijke en de noordelijke rand van
het vliegpark.
De hangar in de noordoostelijke hoek van het landingsterrein werd uitsluitend ge
bruikt voor technische werkzaamheden.
De aanvoer van vliegtuigbenzine geschiedde met tankwagons, die waren geplaatst
op het spoorwegemplacement van Vlissingen. Met twee tankauto's van de vlieg-
school werd de benzine naar het vliegpark vervoerd en de vliegtuigen werden uit
deze auto's van brandstof voorzien. De aanvoer van vliegtuigolie geschiedde in va
ten, veelal per schip. Nog in de middag van 10 mei arriveerde een schip met 175
vaten, elk inhoudende 200 liter olie. Omdat het niet mogelijk bleek de schipper
een meer zuidelijke bestemming (i.e. in Zeeuwsch-Vlaanderen) op te geven, loste
enig technisch personeel het schip en sloeg de vaten op in een nabij gelegen boom
gaard.
De bewakingstroepen
Zoals in het voorafgaande reeds is vermeld, had de Commandant in Zeeland op 26
april reserve kapitein W. Anker aangewezen als commandant van de bewakings
troepen. Sedert die datum maakten de volgende onderdelen deel uit van deze troe
pen:
a 3-I-38R.I. (min één sectie) en
b de derde sectie van 1-II-38 R.I.
deze onderdelen vormden tezamen één compagnie van vier secties,
c de derde sectie zw.mitrs. (twee stukken) van M.C.-II-38 R.I. en
d het 75e Pel. Lu.Mitr. (viermitrs. M.25).
De groepering en opstelling der bewakingstroepen
Overeenkomstig de bevelen van de Commandant van het Ie Marine Bataljon,
werd de infanteriecompagnie door de C.-3-I-38 R.I. gesplitst in een defensief en