484
De vliegscholen
gelijkheid bestaat om tezamen met de vliegers van Haamstede naar
het buitenland over te vliegen. Mijn chef, die de beslissing moet nemen
is niet te bereiken, daar de telefonische verbindingen verbroken zijn.
In opdracht van G.-Depot Lsk. zijn door mij de gevorderde auto's
beladen en is alzo het detachement gereed voor vertrek.
Ik verzoek U hier een beslissing te nemen.
Tevens is hier aangekomen de reserve kapitein Nieuwenhuis, die op
dracht had mij op te volgen. Aan de opdracht van C.-Depot Lsk.
het commando over te geven, kan door mij onder deze omstandig
heden niet worden voldaan'.
Door het uitblijven van de orders voor het vertrek, begon zich van het personeel
van de Militaire Luchtvaart een zenuwachtige stemming meester te maken. Bo
vendien zorgden de voortdurende luchtalarmeringen, de vele geruchten en de
weinige nachtrust er voor, dat de stemming niet verbeterde. Het is onbegrijpelijk,
datdewnd. vliegparkcommandant de belangrijke kwestie van het vertrek niet
persoonlijk met de Commandant in Zeeland ging bespreken.
Waarom heeft hij geen maatregelen genomen om het moreel te versterken of door
juiste voorlichting de stemming van het personeel te verbeteren?
Luitenant De Vries bood op 12 mei (of 13 mei, de datum staat niet meer vast) aan
op eigen risico in een lesvliegtuig naar 's-Gravenhage te vliegen, teneinde op deze
wijze van de Inspecteur der Militaire Luchtvaart of van de C.-Lvd. orders voor het
vertrek te verkrijgen. Dit aanbod durfde kapitein Janssen - vermoedelijk uit veilig
heidsoverwegingen niet te aanvaarden.
Op die 12e mei deelde de Chef van de Staf Landmacht van de Commandant in
Zeeland om 17.00 telefonisch mee, dat de vliegtuigen naar het buitenland konden
vertrekken. Waarheen moest worden vertrokken, kon hij echter niet mededelen.
Dat moest luitenant De Vries zelf bepalen. Daar de C.Z. niet in het overleg betrok
ken is geweest, wist hij kennelijk niet wat hij met dat vertrek naar het buitenland
aan moest. Hij zal ervan zijn uitgegaan, dat kapitein Janssen en luitenant De Vries
volledig op de hoogte waren en beslist meer wisten dan hijzelf.
De Commandant in Zeeland trok de opdracht tot vertrek van de vliegtuigen - om
niet bekende redenen - echter om 23.00 weer in. Aan deze telefonisch gegeven op
dracht voegde hij toe, dat op de een of andere manier getracht moest worden de
vliegtuigen van het veld te krijgen.
Kort vóór 20.30 was opnieuw luchtalarm gemaakt. Een kleine formatie vijandelij
ke vliegtuigen verscheen boven het vliegpark met ontstoken navigatielichten. De
Franse luchtdoelartillerie opende het vuur, dat de vliegtuigen beantwoordden met
vuur van hun boordwapens.
Plotseling wierpen de uit het noorden aanvliegende vliegtuigen een serie bommen,