De vliegscholen Op hun vlucht sloeg de bemanningen regelmatig de schrik om het hart, wanneer gevechtsvliegtuigen hun onbewapende, langzaam vliegende toestellen naderden. Gelukkig bleken het steeds Franse vliegtuigen te zijn. Een en ander was voor ver schillende bemanningen toch reden om landingen uit te voeren te Ostende, te Calais en te Gris Nez. Twee toestellen maakten noodlandingen in de buurt van de Fianse grens, t.w. de Fokker-S IV, no. 116, die in de Belgische duinen terecht kwam en geen kans meer had vandaar te starten, en de Fokker-S IX/i, no. 37 (It. Roeper Bosch), die op het strand landde en tengevolge van een gebroken krukas van de motor moest worden achtergelaten. Bij Galais kwam bij een overhaaste landing de Fokker-S IX/1, no. 48 (wachtmees- tei -capitulant-leerling vlieger G. Arends) op de rug te liggen, terwijl een andere Fokker-S IX/1 (res. ie lt.-vl. hulp-instructeur G.H. Aalpoel) een noodlanding maakte in bouwland, waarbij het toestel het staartwiel verloor. Beide vliegtuigen vlogen achter het toestel van adjudant-onderofficier-vlieger-instructeur Van der Griend, toen plotseling een - naar men meende - Duits vliegtuig in de buurt kwam. Van der Griend dook onmiddellijk naar beneden, maar zette de voorgenomen lan ding niet door, toen hij zag met een Frans Potez-vliegtuig te doen te hebben. De bei de anderen - indachtig de gegeven opdracht - landden onmiddellijk, zonder te zien dat Van der Griend zijn landing niet doorzette. Het toestel van luitenant Aalpoel werd gerepareerd met het staartwiel van het vliegtuig van Arends, waarna luitenant Aalpoel en zijn passagier de reis per vliegtuig voortzetten. Wachtmeester Arends en aspirant res. officier Loohuizen bleven achteimaar werden kort daarop door een marineofficier per auto naar Ca- lais gebracht, waar zij door de Franse commandant krijgsgevangen werden ge maakt en opgeborgen in de Gaserne Du Alarois, omdat zij zonder vliegtuig aan gekomen - hem geen papieren konden tonen. Zij werden enige dagen later opge pikt door de autocolonne van reserve kapitein Nieuwenhuis. Toen de overige vliegtuigen Boulogne naderden, kreeg de angst verschillende be manningen opnieuw te pakken. De vele versperringsballons in en bij de haven van deze plaats, maakten aanvankelijk de indruk springpunten te zijn van luchtdoel granaten en bij nader komen leken zij op ontplooide valschermen. Het was een grote geruststelling, toen zij als versperringsballons werden herkend. In de haven van Boulogne ontdekten de bemanningen een aantal watervliegtuigen van de Koninklijke Marine. De Fokker-S IX/1, no. 32 landde als tweede te Berck-sur-Mer, spoedig gevolgd door vijf andeie, maar tenslotte zijn daar alle negentien overgebleven lestoestellen geland1. 1 Zoals bekend, waren de Fokker-S IX/1 vliegtuigen, nos. 37 en 48 en de Fokker-S IV, no. 116 ver- loren gegaan. 492

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 508