De vliegscholen den op het vliegpark, doch met veel improvisatie lukte het tenslotte. Op deze dag kwamen nog twee sergeanten-leerling-vlieger aan, die op 14 mei bij Galais waren genoodland. Al het personeel vormde thans één detachement onder bevel van ka pitein Nieuwenhuis. De verhouding tussen de commandant en de officieren was verre van ideaal. De voornaamste oorzaak hiervan was het gebrek aan wederzijds vertrouwen. Over en weer waren er verwijten. De commandant verweet de officieren onvoldoende me dewerking, terwijl de laatsten er gebelgd over waren, dat hun adviezen zonder meer terzijde werden geschoven. Het reeds op het vliegpark Vlissingen gestichte kwaad miste kennelijk zijn uitwer king niet. Bovendien klaagde veel personeel - en terecht - dat het te weinig geld had om zich de meest noodzakelijke dingen aan te schaffen1. Het was bekend, dat de commandant voldoende kasgelden bezat. Toch ontving het personeel aanvan kelijk niets of slechts weinig, wat de verhouding met de commandant en de stem- ming onder het personeel niet ten goede kwam. In deze verhouding en stem ming zou tot de aankomst in Engeland geen verbetering komen. Op 21 mei kon de commandant de legering laten verbeteren, omdat hij meer lege- ringsmaterieel ter beschikking kreeg. Van Parijs kwam de telefonische mededeling, dat luitenant Roeper Bosch zich naar Engeland zou begeven en zijn uiterste best zou doen om te bewerken, dat het detachement zo spoedig mogelijk naar dit land kon vertrekken. Op 22 mei ontving kapitein Nieuwenhuis om 7.30 van de Franse commandant mondeling opdracht het detachement gereed te maken voor vertrek per trein naar Cherbourg. De vliegtuigen, de auto's en het overige materieel moesten worden achtergelaten. Een ieder mocht slechts zijn z.g. boordbagage bij zich hebben. De ze bestond uit niet veel bijzonders. Tenslotte gelastte de detachementscommandant, dat ieder zijn militaire uitrusting, zijn bewapening en zijn bagage zou meenemen. Met 14 Franse vrachtauto's vertrok het detachement om 15.30 van het vliegpark naar het station van Caen. Hier stond een treinstel gereed, bestaande uit één per- sonenwagon en acht goederenwagons. De aanblik van dit spoorwegmaterieel ver- 1 Op 20 mei liet de detachementscommandant soldij uitbetalen in Frans geld (koers 23 frs a f 1,— De dienstplichtige soldaten, korporaals en sergeanten kregen dus tussen 14 mei en 1 juni éénmaal soldij uitbetaald over de week 13 20 mei, terwijl de luchtvarenden geen verschoning of scheerap- paraat of wasgerei mee hadden kunnen nemen. Indien men dan weet, dat een week soldij voor deze militairen respectievelijk bedroeg: T f 1,19; f 2,25 en f 3,10, dan begrijpt men dat zij zich niet veel konden aanschaffen. Armlastige officieren en onderofficieren konden op 26 mei voorschotten krijgen op hun wedde tegen overlegging van een schuldbekentenis. Geen wonder, dat de administra teur bij aankomst in Engeland nog 98 000 francs in kas had. 498

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 514