De vliegscholen
park aan. Vooral de in de omgeving staande huizen, noodhangars en boerderijen
moesten het hierbij ontgelden. Het gevolg hiervan was, dat een aantal soldaten
werd gewond en dat alle vliegtuigen - op de C V, no. 652 na - in brand werden ge
schoten. De C.-iÖ2e Bt.Lu.A. had niet op de laag vliegende jagers laten vuren, om
dat hij van mening was dat vuuropening gelijk zou hebben gestaan met zelfmoord
en omdat - zoals hij in zijn verslag stelde - 'zelfmoord landverraad zou zijn'. Een
op zijn zachtst uitgedrukt wel zeer merkwaardige zienswijze, die volkomen in strijd
was met de doctrine, dat het zich niet te weer stellen tegen een vijand, die het ter
bescherming toevertrouwde object aanvalt, moet worden aangemerkt als lafhartig
landverraad1.
De herhaalde vijandelijke luchtaanvallen, de daarbij aangerichte vernielingen en
de aanhoudende geruchtenstroom lieten ook de vliegparkcommandant blijkbaar
niet onberoerd.
Omstreeks 7.20 gaf hij tijdens een telefoongesprek met de G.-Ie Marine Bat. al
thans als zijn mening te kennen, dat het landingsterrein beter geheel onbruikbaar
kon worden gemaakt, zodra het geen waarde meer had voor de eigen luchtstrijd
krachten. Om 9.55 kwam hij op dit onderwerp terug en verzocht dringend het
landingsterrein te laten bombarderen door geallieerde vliegtuigen.
Om 10.30 kreeg hij van de Commandant in Zeeland telefonisch opdracht het lan
dingsterrein onbruikbaar te maken. Hij zou de reeds op het terrein geplaatste boe
renwagens met zand kunnen laten vullen en onder elke wagen eventueel twee ge-
weerschutters kunnen opstellen voor de bestrijding van valschermtroepen.
De vliegparkcommandant gaf het bewakingspersoneel daarna opdracht meer ob
stakels op het terrein te plaatsen en ijzeren staven door de wielen van de wagens te
steken.
Via de radiopost van IV-2 Lv.R. verzond hij om 10.45 aan de C.-Depot Lsk. een
boodschap, die het bericht behelsde dat het detachement geen verliezen had gele
den en dat het was opgesteld in de omgeving van Renesse, doch dat alle vliegtui
gen onherstelbaar waren beschadigd. Hij vroeg tot slot om verdere instructies. Er
kwam hierop nimmer antwoord.
De Commandant in Zeeland legde in de morgen van 13 mei in zijn orders reeds de
nadruk op de verdediging van het eiland tegen mogelijke aanvallen uit de richting
van St. Philipsland. Om die reden, maar ook omdat door de herhaalde luchtaan
vallen het moreel van het personeel van de 3e Comp.Bew.Tr. ernstig had geleden,
gaf de C.-Ie Marine Bat. de vliegparkcommandant bevel deze compagnie van het
vliegpark terug te trekken en te belasten met de bewaking van de kust bij Zierikzee.
1 Dit is - voor zover bekend - de enige keer geweest, dat een gevechtsvaardig onderdeel van de
luchtdoelartillerie niet het vuur heeft geopend op de vijand en dus zijn plicht heeft verzaakt.
511