56 Algemene oriëntering b een regeling voor de berichtendienst in zijn ressort, rekening hou dende met de reeds in vredestijd voorbereide maatregelen, c een regeling voor de inlichtingendienst, rekening houdende met de daarvoor reeds in vredestijd gegeven aanwijzingen door de Chef van de Generale Staf. Artikel 6. Hij geeft, voor zover dienstig, raad en voorlichting op het gebied van de luchtverdediging en de luchtbescherming aan alle autoriteiten en com mandanten, wien zulks aangaat. Artikel 7. 1 Zolang de oorlogstoestand voor Nederland niet is ingetreden treft hij, binnen de grenzen van zijn bevoegdheden, de vereiste militaire maatregelen, teneinde een schending van de neutraliteit te kunnen te gengaan. 2 Gedurende het in lid 1 bedoelde tijdvak waakt hij en doet hij binnen zijn ressort waken tegen militair optreden van Nederlandse zijde, dat een provocatie voor andere mogendheden zou kunnen zijn. 3 Inzake de neutraliteitshandhaving houdt hij rekening en doet hij rekening houden met de ter zake gegeven voorschriften. Artikel 8. Hij doet aan de Chef van de Generale Staf c.q. de Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht de voorstellen en mededelingen, welke in het belang van het tegengaan van strategische overvallingen door de lucht nodig zijn. Artikel g. Hij onderwerpt aan de beslissing van de Chef van de Generale Staf, c.q. de Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht, voor zoveel nodig voor zien van zijn advies, alle aangelegenheden, waaromtrent hij niet be voegd is te beslissen. Artikel 10. 1 Hij is, na ontvangst van telegram B, bevoegd tot het overplaatsen en detacheren van onder zijn bevelen staand personeel a binnen zijn dienstkring; b bij onderdelen buiten zijn dienstkring, wanneer ter zake met de betrokken rechtstreeks onder de Minister van Defensie of de Opper-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1970 | | pagina 70