Als je zo tussen die wrakstukken doorloopt, stel je jezelf onwillekeurig de vraag wat het verhaal is, de geschiede nis achter die vliegtuigresten. Wij hebben de heer G.J. Zwanen burg die de leiding had bij de berging, bereid gevonden voor onze Nieuwsbrief nog eens het verhaal te vertellen van deze B-24, zijn bemanning, zijn laatste vlucht en tenslotte zijn berging op de bodem van de voormalige Zuiderzee (Red.): In de warme zomer van 1974 was het water gezakt en kon het wrak worden onderzocht. Toen het dinghyluik boven op de romp opengemaakt werd, was de dinghy (rubberboot) nog aanwezig en be vatte een grote verrassing! We wisten namelijk tot dat moment niet met zekerheid om welke B-24 het hier ging en op de dinghy stond het volledige serial nummer van het vliegtuig: 42-7638. Met dit serialnummer konden wij gemakkelijk nagaan welk vliegtuig het be trof: het was een door de Ford Motor Co. gebouwde B-24H toebeho rend aan de 44th Bomb Group dat op 12 december 1943 verloren was gegaan. (In het museum treft u 'n stuk vleugelbeplating aan met daarop een A in een cirkel, het kenteken van 44th Bomb Group - Red.) Uit de beschikbare gegevens bleek dat de USAAF die dag mission nr. 161 had gevlogen en in totaal 579 bommenwerpers, B-17's en B-24fs, onder jagerbegeleiding had uitgezonden^voor aanvallen op de spoorwegemplacementen van Osnabrück en Munster. Hierbij gingen 21 bommenwerpers verloren waarvan acht B-24's in Nederland; een deel hiervan kwam terecht in het IJsselmeer en de Waddenzee. Uit de beschikbare vermissingslijsten bleek dat van 44 B.Gr. nog vijf bemanningsleden officieel te boek stonden als 'vermist1 en dat die toebehoorden aan de bemanning van de 42-7638. De gehele bemanning van een B-24 bestond uit tien man. Vier stoffelijke resten waren in de oorlog geborgen en begraven, zodat de mogelijkheid bestond dat er ten minste nog één overleven de zou zijn. Als hij nog in leven was, zou hij waardevolle inlich tingen kunnen verstrekken voor het verdere onderzoek. Daarom werd contact opgenomen met de officiële instanties in Amerika en die beschikten over de volgende gegevens: 4 man geborgen, 5 vermisten en één overlevende, de tweede piloot Luitenant Charley Taylor. Hij werd opgespoord en van hem vernamen we de voorgeschiedenis van het vliegtuig. Boven Munster was het vliegtuig, na het afwerpen van de bommenladinggetroffen door de luchtafweer, waardoor één van de motoren uitviel en twee andere alleen op halve kracht werkten. Met één goede en twee halve motoren konden ze de formatie niet bijhouden en ze zakten langzaam maar zeker weg uit het beschermende jagercordon. In de buurt van Harderwijk beseften ze dat ze Engeland niet zouden halen en de piloot gaf order om te springen. Door het dichte wolkendek hadden ze jammer genoeg geen grondzicht en de drie man die sprongen kwamen in het koude water van het IJsselmeer terecht en overleefden dit niet. Toen de boordmecano de bommen- luiken opende om de rest van de bemanning te laten springen, zag hij door een gat in de wolken dat ze boven water vlogen. Men besloot toen een noodlanding te maken, omdat ze dan ook de beschikking zouden hebben over de twee grote dinghies. Ze draaiden de B-24 op de wind, maar vliegen boven water is moei lijk, vooral bij heiig weer, en ze raakten het water te vroeg. De gevolgen waren rampzalig: de romp achter de vleugel brak af, de neussectie met de cockpit brak af naar links waardoor de piloot, die links in de cockpit zat, op slag werd gedood. De anderen die in de radiocabine achter de cockpit zich schrap zetten voor de klap, werden waarschijnlijk ook gedood of raakten bewusteloos en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1982 | | pagina 3