- 3 -
•GOD'S OWN AIRCRAFT* DE SPITFIRE
Supermarines ontwerper, Mitchell, zag in de "befaamde
Schneiderrace-winnaar, waarover ik in een vorige Nieuwsbrief
repte (Nieuwsbrief nr.3, sept. 1982 - Red.), de basis voor een
jachtvliegtuig dat de eisen van de RAF in ruime mate moest
overschrijden. Bedacht moet worden dat door Hitler's toedoen
het Verenigd Koninkrijk zich weer begon te bewapenen. Omdat wel
licht in eerste instantie de oorlog in de lucht diende te wor
den uitgevochten, moesten de Britse vliegtuigen beter zijn dan
de Duitse. Met die gedachte voor ogen en met het feit dat bij
Rolls Royce de 12-cylinder Merlin motor (ook ontstaan uit de
Schneider-racevliegtuigen) zo'n succes bleek, was het logisch
dat er een slank vliegtuig werd ontworpen dat de ogen streelde
en daarom al een 'winner' moest zijn. De vlieger diende zich één
met het vliegtuig te voelen; hij moest niet alleen een race
machine in zijn handen hebben, maar ook een wendbaar toestel dat
kon klimmen als de beste en dociel bleef onder welke manoeuvre
dan ookj Ziedaar de Spitfire, hét vliegtuig dat de Battle of
Britain won, zoveel geïdealiseerd dat de trouwe Hurricanes in
deze ten onrechte te kort werden gedaan.
Het eerste prototype vloog op 5 maart 1936. Dit type had
nog een tweebladige propeller met vaste spoed, maar direct daar
na werd een driebladige verstelbare propeller beproefd die de
toch al uitstekende prestaties nog verbeterde. Zoals bekend zijn
daarna ook 4- en 5-bladige propellers gebruikt en ook contra-
roterende, waarbij langzamerhand metalen in plaats van houten
bladen werden geprefereerd. De Spitfires werden vooral bekend
door de tapse spits toelopende vleugels. Het staartwiel was aan
vankelijk nog niet intrekbaar; later was dit wel het geval, het
geen zo'n 15 knopen scheelde in snelheid... De Spitfire was en
bleef in productie gedurende de gehele oorlog en tot kort daarna;
er waren 40 verschillende versies en er werden meer dan 22.000
toestellen geproduceerd!
De Spitfire Mk.I, zoals die het eerst bij de RAF in dienst
kwam, had een mar. startgewicht van 5280 lbs (ca. 2400 kg). Het
toestel nam ca. 385 liter benzine mee. De mar. snelheid was
580 km/u, mar. duiksnelheid ca. 730 km/u, initiële klimsnelheid
830 m/min en hij klom naar 6600 m in 9,4 minuten. Acht Browning
7,7 mm mitrailleurs vormden de bewapening, die voor het eerst
in de oorlog met succes werd gebruikt op 16 oktober 1939 tegen
twee Heinkel 111's die boven Schotland vlogen. De Spit Mk.I was
sneller dan de Me-109, maar zoals dat in een oorlog gaat, beide
zijden brachten naarstig verbeteringen aan. Zo zien we bij de Spit
fires steeds sterkere motoren, veranderingen aan de vleugels
(andere tapse vorm of gehoekt), zwaardere bewapening (nl. 20 mm
kanonnen), grotere benzinetanks, ook afwerpbare tanks, extra
turbo-compressors om het vliegen op grote hoogte te bevorderen.
Nadat de groei van de Merlin geheel was benut, kreeg de Spitfire
de Rolls Royce Griffon motor, die zo'n 2500 pk kon leveren.
Omdat de Fleet Air Arm die meteen na de Eerste Wereldoor
log onder de RAF kwam, een lagere prioriteit werd toegekend,
waren de vliegtuigen bestemd voor de vliegkampschepen verouderd.
Toen in 1939 de Fleet Air Arm weer onder de Britse Marine kwam,
werd de oorlog begonnen met tweedekkers, zoals de Fairey Sword-
fish en de Gloster Gladiator of de uit de weinig presterende
Fairey Battle voortgekomen Fulmar. Om alsnog tegen een geduchte
vijand op te kunnen treden, werd een Sea-Hurricane ontwikkeld en
uit de Spitfire de Seafire. De eerste versies waren slechts -
voorzien van een dekhaak en waren wat versterkt, latere typen