VLEUGELS VAN DE MARINE LUCHTVAARTDIENST Vliegboten (De Convair PBY Catalina)Als wij nu over vliegboten spreken, lijkt net allemaal erg ver achter ons te liggen dat menig marine of lucht macht met deze boten was uitgerust. Juist nu in 1984 ons museum wordt ver rijkt met een Catalina, is het interessant om daarbij even stil te staan. Het water was bij de ontwikkeling van het vliegtuig niet weg te denken. Overal waar enigszins beschut water was, was het immers mogelijk lange starts te maken en te landen. Juist met de geringe vermogens in de eerste decennia van de luchtvaart bracht het water uitkomst. Reeds omstreeks 1910 bracht Curtiss in de VS de eerste vliegboot op de markt, die voorbeeld zou zijn voor menig andere vliegboot bij andere maritieme naties. Was een drijvervliegtuig (of bij ons wel genoemd watervliegtuig) simpelweg een land'-vliegtuig dat was voorzien van drijvers als onderstel, een vliegboot was een boot met vleugels. De eerste vliegboten waren tweedekkers waarbij de ondervleugel ook dienst deed om de drijvers uit te houden en waarbij de romD (de boot) veelal een platte bodem had, of voorzien was van een V-soant. De motoren waren in het begin boven de bovenvleugel geplaatst op bokken. Pas later zouden zij ingebouwd^worden in de vleugel, omdat de vliegboten steeds gro ter werden en daarmede ook de afstand tussen water en motoren gunstiger werd. Gedurende de ontwikkeling van de vliegboot ziet men ook een tijdlang de ondervleugel als drijver gebruikt worden, vnl. in Duitsland de z.g. stummel)wat de vliegboot grote zeewaardige eigenschapoen bood. Ook ver andert men de vorm van de bodem, omdat men bij kalm water en weinig wind gedurende de start niet 'los' kon komen; de bodemvorm zoog de vliegboot als het ware aan het water vast. Aldus werd de step ingevoerd, een opstapje in de bodem om dat 'vastzuigen' tegen te gaan. Vliegboten waren uiteraard uitstekend geschikt om lange af standen te overbruggen. Menig record staat dan ook op naam van vliegboten. De eigenschap bood de mogelijkheid om als verkenner ter zee ingezet te worden, maar ook als passagiersvliegtuig. Zo zien wij menig oceaan in voor en na oorlogse jaren overspannen worden door vliegboten, die passagiers in groot comfort van het ene continent naar het andere brachten. De Catalina vliegboot was een ontwikkeling van de P2Y van de Consoli dated fabrieken in de VS. Door de metaalconstructie-techniek werd het mogelijk het toestel van aluminium te vervaardigen en een uitzonderlijke sterkte te geven. Betrouwbaarheid werd door de Pratt Withney motoren ver kregen die zo'n 1200 pk leverden, ofschoon ook PBY's met Wright Cyclone motoren waren uitgerust. Opklapbare drijvers, die in die toestand de vleugel tips vormden, zorgden te water voor de nodige stabiliteit en in de lucht voor een wat hogere snelheid. De Catalina had een vliegduur van meer dan 24 uur! Uitgerust met een mitrailleurkoepel in de neus en een opstelling in de z.g. blisters achter de vleugel in de romp, 'bobbels' via welke het toestel kon worden betreden, werd de PBY de ruggegraat van de USNavy vwb vliegboten voor de Tweede Wereldoorlog. De USNavy verwierf ongeveer 1300 PBY's en de Royal Air Force, waaraan het toestel de naam Catalina dankt, zo'n 650 toestellen. Onze Koninklijke Marine bracht de Catalina in Ned. Indië juist voor het uitbreken van de oorlog in dienst. - 3 -

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1984 | | pagina 3