Een PBY-5 Catalina in de Indische wateren.
Onnoemelijk veel oorlogsepisoden zijn aan de 'Cat' toe te kennen.
Zo pikte een Marine-Cat meer dan 80 man uit open zee op, drenkelingen, nadat
hun schip was gezonken noord van Java. Met Cats werden bombardementen gehou
den, ofschoon ze daarvoor feitelijk niet geschikt waren. Maar toch zal de
Cat de geschiedenis het meest ingaan als verkenner. Zonder Catalina zou de
Bismarck in mei 1941 misschien niet meer verkend zijn, nadat hij eerst de
trots van de Britse Marine, HMS Hood tot zinken had gebracht. Zonder Cats
zou de Japanse vloot in de beslissende Slag bij Midway niet zoveel verliezen
hebben geleden. Zonder Cats was lange-afstand onderzeebootbestrijding in de
Atlantische Oceaan een nog moeilijker zaak geworden. En zonder Cats van het
321 squadron van de MLD zouden convooien in de Indische Oceaan niet de veilig
heid hebben gehad, die zij door duizenden vlieguren kreqen. Last but not least,
zonder Cats zouden geen agenten in het geheim od diverse punten in Indonesië
en de Filipijnen hebben kunnen opereren. Ja, zonder Cats had Quantas, de
Australische luchtvaartmaatschappij, niet in 1943 een dienst kunnen onder
houden tussen Australië en Ceylonhetgeen zo'n 30 uren vliegen was!
Dat de Cat een dociel vliegtuig was kunt men uit vele verhalen
afleiden. Ook toen hij werd voorzien van een onderstel bleef het een toestel
zonder kwalijke eigenschappen. Er wordt wel eens gezegd, dat de Cat in open
zee vanwege het ontbreken ^'an 'stummels' minder zeewaardig was dan bijvoor
beeld een Dornier. Dat is misschien wel zo, maar bedacht moet worden dat
menig Amerikaanse vliegtuigbemanning in de Pacific uit zee werd opgepikt,
waarbij golfhoogten van 6 tot 12 voet geen uitzondering waren. 'Just open up
and the ship '11 do the rest', zei een ervaren USNavy vlieger.
Kortom, als de Catalina in het museum is, moet U zich realiseren
dat U voor een vliegtuig staat, dat luchtvaart geschiedenis met een grote G
schreef en dat op zijn gebied zeker op gelijke hoogte staat met de Spitfire.
Misschien goed, dat U dan even Uw pet afneemt voor de oude dame, die ons
museum siert.
H.J.E. van der Kop
- 4 -