kolonel van de Koninklijke Lucht
macht b.d. over de Militaire Lucht
vaart van het Koninklijk Neder
lands-Indische leger, in het bijzon
der de periode 1936-1942, de ver
snelde uitbreiding, het uitbreken
van de vijandelijkheden en de ca
pitulatie van Nederlands-lndië op
8 maart 1942.
12.30 - 13.45 uur Lunch tijdens welke gelegenheid
tot een informele gedachtenwisse-
ling.
13.45 - 14.30 uur Bezichtiging Hal B
De kosten van de lunch zullen f. 5,00 per persoon be
dragen. In verband met de toegang tot het Kamp van
Zeist en de voorbereidingen voor de lunch verzoeken
wij U uw deelname per briefkaart op te geven aan
de secretaris, Lt. Kol. b.d. M. H. G. Coolen, Fluite-
kamp 71, 3828 WG Hoogland. Introductie op be-
oerkte schaal is toegestaan.
Wij verzoeken U vriendelijk om bij Uw opgave te ver
melden met hoeveel personen U aan de lunch
wenst deel te nemen. Uw opgave dient uiterlijk 13
oktober 1984 in het bezit van de secretaris te zijn.
Het Bestuur.
VRAGEN STAAT VRIJ
Ervaringen van een toezichthouder
Op onze herhaalde vraag aan museumvrienden om
ook eens een stukje te schrijven voor de „Nieuws-
jrief", ontvingen wij de hierna volgende bijdrage van
de heer H. J. de Jong uit Spijkenisse. Gaarne plaat
sen we zijn geschreven ervaringen van een dag toe-
zichthouden; met dank aan de heer de Jong en in de
hoop dat zijn goede voorbeeld goed doet volgen. Wat
dat goede voorbeeld betreft, doelen wij overigens op
zowel het schrijven voor de „Nieuwsbrief", als op het
vrijwillig toezichthouden. Red.
Gehoor gevend aan een oproep in de „Nieuwsbrief"
ging ik in het voorjaar museumwaarts, teneinde van de
directeur te vernemen wat de funktie van (vrijwillig)
toezichthouder nu eigenlijk precies inhoudt. Zijn ant
woord was kort en krachtig „Toezicht houden in de
ruimste zin des woords met andere woorden er op
toezien dat de attributen van het museum ongeschon
den het bezoek doorstaan. Met dit gegeven besloot ik
op enkele feestdagen mijn diensten als toezichthouder
aan te bieden.
Om circa half tien meldde ik me bij de wacht van het
Kamp Zeist met de mededeling, dat ik voor het museum
kwam. Mij werd te verstaan gegeven dat het museum
pas om tien uur voor het publiek open zou gaan. Na
uitgelegd te hebben dat het mijn idee was om vandaag
aldaar,,werkzaam" \e zijn, kon ik mijn weg vervolgen. In
de koffiekamer zijn dan reeds een aantal college-vrij
willigers aanwezig. Om kwart voor tien worden we ver
welkomd door de directeur die ons, met een „tot mijn
spijt kan ik U verder niets aanbieden", een bonboekje
voor koffie aanbiedt. Na het opspelden van de toe
zichthouders-badges worden we over de beide hallen
ingedeeld.
Even over tienen verschijnen de eerste bezoekers. Om
dat het nu nog rustig is, heb ik ruimschoots de tijd het
tentoongestelde nog eens nader te bekijken. Gaande
weg wordt het drukker en komt er meer „werk". Een
tweetal knaapjes heeft de kaart van Nederland ont
dekt, waarop middels lampjes de verschillende vlieg
velden zijn op te roepen. Ze vermaken zich er prima
mee, hetgeen voor mij aanleiding is ze er op te wijzen,
dat anderen ook graag eens dit willen zien. Gedwee
vervolgen ze hun weg. Plotseling ontwaar ik rook;
iemand blijkt een sigaar opgestoken te hebben. Na
hem op het rookverbod in de hallen te hebben gewe
zen, wordt de brandhaard zonder verdere problemen
gedoofd.
Er wordt druk gefotografeerd, zodat het flitsen niet van
de lucht is. Fotografen blijken hier in twee categorieën
te kunnen worden ingedeeld. De eerste, de spotters,
die een toestel, instrument of ander attribuut wensen
vast te leggen. Rustig het juiste moment afwachtend,
moeten ze zich soms in allerhande bochten wringen
om hun doel te bereiken. De tweede zijn diegenen die
hun vrouw, vriendin, verloofde of kinderen wensen te
vereeuwigen voor een der opgestelde machines.
En dan, onvermijdelijk, zijn er de vragenstellers die op
me afkomen met de gedachte dat ik er alles van af zal
weten. Sommige zijn eenvoudig te beantwoorden,
zoals „waar is het toilet", of „worden er vandaag nog
films vertoond Het antwoord op deze laatste vraag
komt over de geluidsinstallatie die aankondigt dat er
over enkele minuten een film over de Luchtmacht zal
worden vertoond. Maar er zijn ook vragen, die een
meer „technische" aanpak vereisen. Een moeder stuurt
haar zoontje op me af met de mededeling „die mijn
heer weet het welZijn probleem blijkt de Grumman
Tracker te zijn, die met opgeklapte vleugels tentoonge
steld is.Zijn vraag is nuofdat vliegtuig vliegt,gelijkeen
vogel, namelijk met klapperende vleugels. Na hem te
vreden te hebben gesteld dat zulks niet het geval is,
komt er iemand op me af die meewarig denkt te moe
ten constateren dat de Fokker S-11 wel nooit in de
lucht zal zijn geweest. Als „Fokker-Four" donateur, ant
woord ik hem met enige trots, dat er in Nederland nog
steeds 4 in de lucht zijn. Meteen .„daar zou je mij nooit
in krijgen", vervolgt hij zijn weg.
Een groep padvinders blijkt zijn museumbezoek nuttig
te maken door het beantwoorden van een aantal kwis-
vragen. Voor het vinden van de juiste antwoorden blijk
ik de aangewezen vraagbaak te zijn. Een moeder
luistert vol aandacht naar de uitleg van haar zoon over