door de M LD vóór de oorlog in gebruik werden geno
men. Dai is dan ook een goede reden om eens wat
nader in te gaan op het werken met vliegboten.
Om te beginnen moet er een water)basis zijn met
boeien, waaraan de vliegboten kunnen liggen. Om hen
te bereiken is er watertransport nodig, dus motorboten
en vletten. Dan dienen zij te kunnen benzine-laden. Dat
gebeurde met benzineboten. Munitie en bommen wer
den geladen met z.g. bommenboten; zo had men dus
een stel vaartuigen die te vergelijken zijn met de diver
se voertuigen die men op een vliegveld aantreft. Na
deel is daar wel bij, dat schepen bewegen en dat
daarom er wat meer problemen kunnen zijn, vooral
wanneer er wat golven zijn met een straffe wind.
Daar een vliegboot nagenoeg overal in wat beschut
water kan landen en starten heeft hij een grot flexibili
teit en daarom ging de voorkeur van de marineleiding
ook uit naar dit type vliegtuig. Met geringe middelen
kon men in beschutte plaatsen nog benzineladen.
Men nam simpelweg een prauw, laadde die met benzi
ne vaten en legde 'm daarna langszij de vliegboot, waar
altijd een benzinepomp aan boord was die op het
boordnet kon worden aangesloten. Maar er was ook
een handpomp, die ook nog kon worden gebruikt. En
zou die kapot zijn, dan werd een "ketting" gevormd om
de benzine per emmer in de tanks te gieten.
Bij dit alles was er natuurlijk brandgevaar en helaas
zijn zo enige vliegboten in brand geraakt.
In een vorig artikel sprak ik al over diverse hulpsteun
punten van de MLD in'de archipel. Die hulpsteunpun
ten hadden altijd benzine in opslag, maar ook munitie
en bommen naast belangrijke reservedelen. Vaak was
er een kleine motorboot, of kon men er één van het
bestuur ter plaatse krijgen. Toch was een prauw dé uit
komst, want die waren er altijd wel en ze waren groot
genoeg om de nodige karweien te klaren. En was er
ook geen prauw, dan werd een rubberboot opgebla
zen en had men alsnog watertransport
Omdat men met een vliegboot lang in de lucht kon
blijven, was er een proviandruimte en een kookmoge-
lijkheid aan boord. Het hing veelal af van de beman
ning, in hoeverre ze het meegegeven rantsoen wenste
aan te vullen. Dat marinerantsoen bestond meestal uit
soep-uit-blik, vlees-uit-blik, vruchten-uit-blik en dat be
gon gauw te vervelen, vooral wanneer een tocht ee;
aantal weken ging duren. Nu kreeg men ook geld mee
om onderweg inkopen te doen, maar vaak werd daar
nog wat geld bovenop gedaan. Zo kwam het voor, dat
evenals in de tijd van de Verenigde Oost-Indische
Compagnie, levende leeftocht meeging in de vorm van
een aantal kippen, dat in de Catalina in het achterste
compartiment hun kooi, maar ook hun dood vond.
Dat bemanningen hun kookkunst toonden, bewijst wel
het feit dat onderweg de bemanning door toedoen van
de vliegende kok meestal de mecano of de konsta
bel maar ook wel eens een anderehele menu's
kreeg voorgeschoteld, aangekondigd op een menu
kaart
Als alles aan boord was en de z.g. buitenchecks waren
gedaan roeren vrij, enz.nestelden de vliegers zich in
de cockpit, zette de 1 e mecano zich bij zijn paneel ir
geval van een Catalina in het "roefje" in de midden-
steun van de vleugelen begon het starten van de mo
toren. Ondertussen stond de 2e mecano of konstabel
in de neus klaar om de sliplijn die aan de boei was
aangebracht, los te gooien.
Afhankelijk van de ruimte die er was, werd na het aan
slaan van één motor die lijn losgelaten, maar soms was
het ook zo dat men de lijn pas liet gaan nadat de
tweede motor liep, waarmede in geval van een Cat de
vliegboot geheel manoevreerbaar werd. Bij de Dor-
niers was er een middenmotor, waardoor dan meteen
kon worden weggetaxied
Na diverse checks die de vliegers tezamen met de me
cano deden, werd proefgedraaid, waarbij magneten
en vermogen werden gecontroleerd. Dat betekende
dat het toestel rondjes draaide, daar dat per motor
moest gebeuren. De bemanning achterin had ook niet
stil gezeten; de waarnemer was bezig aan de navigatie-
tafel, de telegrafist checkte de verbindingen, de 2e me
cano maakte met de konstabel een ronde, om zeker te
zijn dat alles zeevast was en de waterdichte deuren en
Catalina aan boei met daarbij watertransport
Catalina, kijkje in z.g. blistercompartiment met zitplaats voor uitkijk schutter.
Waterdichte deur en bovenop drijfanker