brand gestoken. De R - 2 die na een verkenningsvlucht
yeilig op het Brasemermeer was geland, werd eveneens
naar Scheveningen gedirigeerd. Daar aangekomen
bleek dat het overbrengen van nog meer regerings
leden, vanwege het Duitse luchtoverwicht, geen zin
meer had. Om de Duitse vliegtuigen te ontlopen, be
sloot de commandant van de R - 2 via een omweg naar
het Brasemermeer terug te keren. Dit lukte niet; in de
buurt van de waterweg werd de T - VI11 W aangevallen
door een groot aantal Duitse vliegtuigen en moest
noodlanden op het strand van Rozenburg. De beman
ning stak het toestel in brand en werd daarna aan
boord genomen van een vaartuigendienstbootje.
Gelijktijdig met de operaties van GVT - 2 bij Schevenin
gen, voerde GVT - 4 met de R - 6, 7 en 9 verkennings
vluchten uit boven het IJsselmeer. Kontakt met de
vijand vond echter niet plaats. In de volgende oorlogs
dagen werden geen noemenswaardige vluchten meer
uitgevoerd. Op 13 mei 1940 werd opdracht gegeven,
alle nog vliegwaardige marinevliegtuigen in gereed
heid te brengen om via Frankrijk naar Engeland uit te
wijken. Op 22 mei 1940 arriveerden in Engeland de
T - VI11 W's R -1R - 6, R - 7, R - 8, R - 9, R -10 en R -11
Met de reeds in Engeland aanwezige R - 3 werden ze
ingedeeld bij het RAF-Coastal Command.
De twee voor Finland bestemde toestellen werden
door de Nederlandse regering gevorderd maar kwa
men niet meer tijdig gereed. Ze hadden inmiddels de
registratienummers R - 37 en R - 38 gekregen.
In dienst bi] het Coastal Command
Na aankomst van de overgebleven marinevliegtuigen
te Calshot in Engeland werd besloten tot de vorming
van twee Nederlandse escadrilles voor operationele
doeleinden. De escadrilles zouden worden ingedeeld
bij het Coastal Command van de Royal Netherlands
Air Force. De acht T - VI11 W vliegtuigen werden ondèr-
gebracht in het eerste escadrille en gestationeerd te
Pembroke Dock. Tot commandant werd benoemd lui
tenant ter zee der 1 e klasse J. H. van Olm. De operaties
vingen aan op 20 juni en bestonden voornamelijk uit
het begeleiden van konvooien in de z.g. "Western
Approaches", de zeewegen ten westen van Engeland,
de Ierse Zee en St. Georgeskanaal. Ook werden een
aantal onderzeebootpatrouilles uitgevoerd. Op 20 au
gustus werd het 1 e escadrille door de RAF benoemd
tot 320 Royal Dutch Naval Air ServiveSquadron. He
laas waren deT- VIII W's in Engeland geen lang leven
beschoren, een groot gebrek aan onderdelen deed
zich al spoedig voelen.
De operaties waren nog maar net aangevangen of de
oorlog eiste ook in Engeland haar tol. Op 25 juli stort
de R -1 0 AV 964 tijdens een konvooivlucht plotse
ling in zee, waarbij de bemanning bestaande uit J. C.
Hollander, A. de Knegt, E. Martaré en J. G. Ras om het
leven kwam. Twee maanden later op 26 september
overkwam de R - 9 AV 963 eenzelfde lot en stortte in
de Ierse Zee. De bemanning bestaande uit Akkers, J.A.
Schevenhoven en L. J. Scholman kwamen eveneens
om het leven. Zo bleven er nog zes R - vliegtuigen over,
hoewel ze inmiddels RAF serienummers hadden ge
kregen. Spoedig moest men ertoe overgaan om twee
toestellen uit dienst te nemen om de vier andere van
onderdelen te voorzien. Het was uitstel van executie,
het Fokker T- VIII W tijdperk was voorbij. In november
viel het doek, de overgebleven toestellen werden op
gelegd in Felixstowe en in 1941 gesloopt.
DRIE BIJZONDERE GEBEURTENISSEN
De Fokker T-VIII W R - 5 viel als eerste Nederlands
vliegtuig de twijfelachtige eer te beurt kennis te mogen
maken met de Duitse agressie. Op 13 september 1939
vloog de R - 5 ter hoogte van Ameland toen het onver
hoeds werd aangevallen dooreen Heinkel He -115 en
een noodlanding op zee moest maken. Gelukkig kon
de bemanning op tijd het toestel verlaten om kort daar
na opgepikt te worden door een Duitse Do -18 vlieg-
boot. Ze werden overgebracht naar het Duitse eiland
Nordeney en later, bij Beerta aan Nederland overge
dragen. De oorzaak van dit incident was volgens de
Duitsers gelegen in het feit dat de Duitse vliegers het
Nederlandse nationaliteitskenteken hadden aange
zien voor Engels of Frans. Het was een zwak excuus,
maar om het zekere voor het onzekere te nemen, be
sloot de Nederlandse regering nog diezelfde maand
bij Koninklijk Besluit een nieuw kenteken in te voeren
Het bestond uit een zwart omlijnde oranje driehoe
voor romp en vleugels. Voorts werd het richtingroer ge
heel oranje geschilderd, met eveneens zwart omlijning.
vervolg LEDENLIJST
Een T -VIII W, in dienst van Coastel
Incident
Vervolg in "Nieuwsbrief" no. 17
Wille G
Schmidt Crans P.HA
Den Haag
Buyteweg-Franssen A.C.
Heemstede
Rietdijk LH
Nieuwe Tange
Muuse S.R.B
Maartensdijk
Wijk bij Duurstede
Lokkerbol-Hartkoren J
VaesJ.AM
Sittard
D H tot Babberich R.J.Q.F.J
Vries H. de
Heemstede
Bergambacht
Termorshuizen L.C.
Schoonhoven
Schoutens J.L
Deltt
Capelle a/d IJssel
Indianapolis
Adreswijzigingen opgeven aan de penningmeester:
LAAN VAN LEEUWENSTEIJN 7, 2271 HH VOORBURG