ji *1 De luitenants Boogh en Roos in de FC-425. Voor een tocht als deze, waarbij de afdeling alles inbegrepen ongeveer 3600 km. zou afleggen, voor een groot deel over woest en onherbergzaam terrein en op de landingsplaat sen geheel op zichzelf zou zijn aangewezen, was de bezetting aan technisch personeel zeer gering; men kon zelfs spreken van het uiterste minimum, doch het vertrouwen in de CV's was groot genoeg om vol goede moed op pad - het luchtpad wel te verstaan - te gaan. De monteurs hebben de gehele tocht hard moeten werken, ondanks het feit, dat zich nagenoeg geen bijzondere storingen hebben voorgedaan, doch het in- en uitpakken van de bagage, het op elke landingsplaats verankeren en afdekken van de vliegtuigen en vooral het vullen met benzine en olie (dagelijks ongeveer 2400 1. benzine) namen zoveel tijd in beslag, dat meestal eerst tegen het vallen van de avond zij zich enige rust konden gunnen. Ik breng hierbij dan ook hulde aan de twee mecaniciens, die een belangrijk aandeel hebben gehad in het welslagen van de tocht en het mogelijk hebben gemaakt, dat de gehele vlucht bij wijze van spreken op de minuut af volgens het te voren vastgesteld programma is kunnen verlopen. Het lag niet in de bedoeling Medan in de kortst mogelijke tijd te bereiken, daarvoor was het een oefenvlucht en hebben we min of meer kris kras over Sumatra gekoerst. Het was een gelukkige omstandigheid, dat het tijdstip van vertrek zodanig kon worden gekozen, dat de dag waarop het eindpunt van de reis zou zijn bereikt, de K.N.I.L.M. haar nieuwe luchtlijn op die plaats officieel en feestelijk zou openen. Het zag er vrij somber uit boven Java die 24ste septemberdag: wolken, heiïgheid, mist en regen. Eerst ging het recht op het smalste gedeelte van de Straat Soenda af, welke via Dwars-in-de-weg werd over gestoken. En nau welijks hadden we Java met zijn wolken en regen verlaten, of daar lag Sumatra voor ons onder een vlekkeloos blauwe hemel. Vredig cn rustig doemde links in de verte de onbetrouw bare Krakatau uit zee op en zelfs de G. Radjabasa was bijna wolkenloos, wat voor een berg van die naam en reputatie haast een wonder mocht heten. Langs de kust ging het naar Telok Betoeng: vandaar koersten we naar 4

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1987 | | pagina 4