i
r
SCHETS SLAG OM ffflWAY 3-5 JUNI'42
Jap.eskader v. AL^oeten
s\a?
ja?-
sector Catalina verkenning
♦d-^IIDWAY
HAWAÏ
MARIANEN J
E i 1 n j
WAKfe Eil.
kreeg de nodige aandacht. Zodoende werd
Midway een basis, die het tekort aan carriers
goed kon maken. Op een afstand van zo'n
600 zeemijlen werd een cordon van onder
zeeboten geposteerd in de sector waar
vandaan de Japanse vloot zou moeten
komen.
Al voordat de Japanse vloot op weg was,
voerden Catalina's in diezelfde sector ver
kenningen uit. Door een goede analyse van
het radioverkeer werd aan de vliegkamp
schepen opdracht gegeven zich ten oosten
van Midway te begeven. Het betrof de
ENTERPRISE met HORNET en de YORK-
TOWN, twee eskaders vormend, die elkaar
voortdurend zouden steunen (TF-16 en TF-
17).
Admiraal Yamamoto verzamelde de groot
ste Japanse vloot die er tot nu toe was
geweest. Lang voor die zee koos had hij een
cordon van onderzeeboten laten leggen
rond Hawai en nabij Midway om de Ameri
kaanse carriers te verkennen. Splinternieuwe
4-motorige vliegboten zouden daartoe ook
bijdragen, die overigens tezamen met on
derzeeboten zouden opereren, die ook voor
hun brandstofvoorziening zouden zorgen.
Aldus vertrok eind mei een armada bestaan
de uit het superslagschip YAMATO met
schaalafstand Midway-Hawai
ca 2000 km
admiraal Yamamato aan boord, dat de kern
was van de hoofdmacht, die verder bestond
uit nog 6 slagschepen, 1 vliegkampschip, n.l.
HOSHO plus 2 kruisers en meer dan 21
torpedobootjagers. Deze hoofdmacht zou
zich niet in de voorste gelederen bevinden.
Dat zou wel het geval zijn met de le Carrier
Groep, AKAGI, KAGA, SORYU EN HIRYU
met aan boord zeker 265 vliegtuigen, om
geven door 4 kruisers en 12 jagers. Boven
dien was er een invasiemacht samengesteld,
die bestond uit een transportgroep die meer
dan 5000 crackmariniers en commando's
zou debarkeren en die gesteund werd door
ZUIHO (een vliegkampschip), een zestal
slagkruisers, zware en lichte kruisers met
escorterende jagers. Beide vlootverbanden
werden ondersteund door een groot aantal
bevoorradings- en hulpschepen, alsmede
door een paar vliegtuigmoederschepen, die
met watervliegtuigen mee zouden helpen bij
verkenningen en verdediging van de vloot.
Als afleidingsbeweging werd een vloot sa
mengesteld om een aanval op Aleoeten te
doen. Die bestond uit de carriers JUNYO en
RYUNJO met ca. 85 boordvliegtuigen, een
transportvloot met ca. 1800 man aan boord,
bijgestaan door een aantal jagers en onder
steuningsschepen.
11