Voor de gehele operatie werd op de dichtst- bij gelegen Japanse bases een 250 tal vlieg tuigen in gereedheid gehouden om de vloot eventueel te versterken, om meteen na het innemen van Midway en het gereedhebben van een vliegveld, daar naar toe te vliegen voor verdere operaties. Zoals bij iedere operatie was het succes van de verkenning in de eerste fase van immens belang. Uiteraard werd de Japanse verken ning primair gericht op de aanwezigheid van US-vliegkampschepen. Daarbij meenden de Japanners, dat de YORKTOWN persé niet aan de operatie mee kon doen en dat er hooguit niet meer dan 2 Amerikaanse carriers slag zouden kunnen leveren, de enige die zich in de Pacific zouden be vinden. Maar de Japanners hadden zich hierin verkeken. De 4-motorige vliegboten, die met onderzeeboten zouden samenwerken von den op het rendez-vous met hun onderzee boten Amerikaanse patrouilles, zodat de verkenning te laat op gang kwam. Ook de onderzeeboten, die Yamamoto noord van Hawai had samengetrokken, betrokken hun posities niet op tijd. De Amerikanen werden daar niet verkend, waardoor werd aange nomen, dat zij nog niet gepasseerd waren, dus zou de tegenstand geringer zijn, dan werd aangenomen. Op 3 juni 1942 verkende een Catalina de Japanse transportvloot, waarna die meteen werd aangevallen door de B-17's van Mid way. Juichend kwamen de bemanningen terug met berichten dat zij enige kapitale schepen hadden getroffen en wellicht tot zinken hadden gebracht. Dat bleek echter niet waar te zijn. Van belang was het nu de Japanse carriers te vinden, zodat dan de boordvliegtuigen het hun gestelde hoofd doel konden aanvallen. Dat doel werd ook aan Japanse zijde beoogd. Aldus werd aan beide zijden naarstig een groot aantal vlieg tuigen op verkenning gezonden. Het was alweer een Catalina, die het eerst de Japanse vliegkampschepen zo'n 200 zeemijlen nw van Midway zag, waarna Adm. Nimitz meteen order gaf aan te vallen, daar er al een Japanse aanval op Midway was uitgevoerd en de vliegtuigen aan dek konden staan voor een nieuwe aanval op het eiland. Als eerste verschenen op Midway gebaseerde vliegtui gen, die nagenoeg alle werden neergescho ten, maar di^ admiraal Nagumo, die het bevel voerde over de vliegkampschepen deed besluiten, dat een volgende aanval op Midway noodzakelijk was om aldaar geba seerde vliegtuigen buiten gevecht te stellen. Vliegtuigen, die gereed stonden met torpe do's werden weer met bommen geladen. En juist toen men daarmee volop bezig was, kwam er een verkenningsbericht van een verkennend Japans drijvervliegtuig, dat de Amerikaanse vloot was gezien. Maar het verkenningsrapport gaf alleen kruisers en geen carriers, zodat om nadere informatie werd gevraagd. Vertragingen in verbindingen ontstonden. Admiraal Nagumo besloot toch de aanval op Midway door te zetten, maar hij gaf ook opdracht het wisselen van torpedo's met bommen te staken. Zijn redenering was, dat de aanvallen nog steeds van Midway geba seerde vliegtuigen kwamen die persé dien den te worden uitgeschakeld. Die aanvallen bleken niet erg veel effect te hebben, behal ve, dat zij Nagumo onder grote druk zetten. Een derde aanval met 1-motorige Vindica tors van de US Marines had plaats juist toen de Japanse vliegtuigen van Midway terug kwamen. Daardoor moesten zij wachten met landen en ging het verwapenen aan dek en in de hangars nog trager. Een aantal van de Japanse vliegtuigen moest zelfs een nood landing op het water maken vanwege benzi negebrek, zodat van de 108 ingezette toestel len er in totaal 36 verloren gingen, groten deels daardoor. Pas een uur na het eerste bericht kreeg Nagumo de bevestiging, dat de Amerikanen ook vliegkampschepen in het verkende verband hadden, waarna hij naar het noor den voer om met een maximum aantal toestellen een aanval op de Amerikaanse vloot voor te bereiden. Maar toen was het al te laat, want nauwelijks was er koers gezet, of een eerste golf van Devastor torpedobom menwerpers kwam aan, spoedig gevolgd door bommenwerpers van de Amerikaanse schepen. Maar hun aanvallen waren niet gecoördineerd, waardoor van de 41 vlieg- 12

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1987 | | pagina 12