nergens op onze kaarten. We hadden dan ook geen gevechtskleding. Vergaten we het niet dan deden we wel onze linnen jungle boots aan. Een boterham of veldfles met inhoud was iets waar je zelf maar aan moest denken en werd dus dikwijls vergeten. Als ik mij goed herinner hadden we zelfs niet een survival-kit bij ons. Op de vliegschool hebben we er zeker geen onderricht in gehad, dat kwam later wel bij de operationele squadrons. Waren we soms een beetje getikt dat we zo vlogen? Nee, dat waren we niet maar de vliegopleiding stond boven alles en daar had je dus alles voor over. We onderschatten de tegenstander en men zweeg maar over wat er ging gebeuren als je als Nederlander gevan gen werd genomen. Wat ook nog uniek te noemen is, was dat van de 111 beginnende leerling vliegers er maar één van het KNIL was. De rest was oorlogs vrijwilligers van de LSK die uit Nederland waren gekomen. Ze waren dus allen KL'ers. Het was de eerste stap naar een geïntegreer de luchtmacht. Die integratie kwam er toen niet, al hebben generaal Spoor en de ML- KNIL daar veel moeite voor gedaan. Ik ben weer eens aan het afdwalen want we zouden het over de Wackett hebben. Toen we begin 1946 op Singapore zaten en er gruwelijk de pest in hadden dat we een infanterieopleiding kregen met op het laatst oefeningen met scherp, hoorden we voor het eerst iets over een leskist uit Australië. We dachten natuurlijk het eerst aan een Tiger Moth waarover we al zoveel hadden ge hoord. Over die infanterieopleiding kregen we ook al geen goede informatie. We waren in Nederland in vier dagen geselecteerd voor Aircrew en daar behoorde ons inziens geen zandhazenwerk bij. We hadden er dan ook geen flauwe notie van wat er zich op Java afspeelde. Daar hielp letterlijk iedereen mee aan de verdediging van de vliegvelden ook de vliegers. Het behoorde blijkbaar tot de strategie Jan Soldaat zo weinig mogelijk informatie te verstrekken want anders kan het wel eens een slecht Soldaat worden zonder een goed moreel. Laat ik er maar over ophouden want in het naoorlogse gebeuren is het niet de politiek maar Jan Soldaat of Jan de Politie agent die het heeft gedaan tot op de dag van vandaag. Wat zei die ex Indonesische gene raal ook al weer niet zo lang geleden? 'Wat zitten jullie in Holland toch te zeuren over dat verleden!' Hij besefte niet dat we daar voor nu juist Hollanders zijn. Sorry lezer de Wackett en geen gezeur. Het ML-KNIL had begin 1945 in Australië 20 Wirraway's (een soort Harvard) lesvlieg- tuigen besteld maar in oktober van dat jaar stak de Australische politiek daar een stokje voor. In januari 1946 kon men via een tussenhandelaar bij de Kingsford Smith Aviation Service 50 Wacketts kopen. De RAAF had deze kisten namelijk naar de handel afgestoten. Al eind 1938 vloog de eerste Wackett. Het was in feite een ontwerp voor de gevorderde vliegopleiding. Het kistje was uitgerust met blindvlieginstru- menten, had vleugelkleppen en vleugelslots, nachtverlichting maar geen intrekbaar lan dingsgestel. Wel was er een waarschuwings lampje dat ging branden als je vergat de 'loze' handle op'down' te zetten. Nadeel was de 175 pk motor met een maximum snelheid van ongeveer 150 km/uur. Het aantal pk's was beslist te licht voor het toch vrij grote en zware kistje. Het was dus een tam ding. Er werden er zo'n 200 van gebouwd en ze werden weer min of meer overbodig toen de RAAF haar vliegopleiding ging standaardi seren op Tiger Moth's, Wirraway's en de tweemotorige Ansons Oxfords. De Wackett was van hout, behalve de romp die van staalbuis was bekleed met doek. De lengte was ruim 10 meter, de spanwijdte ruim 11 meter en het had een Hamilton tweebladige prop. Dat wij als leerling vliegers in april 1946 op Java aankwamen, de vliegschool op 1 mei werd geopend, dat we pas in september onze eerste kennismaking kregen met de Piper- cubs en dat pas in augustus/september 1947 de eerste Wacketts op de vliegschool aan- 14

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1989 | | pagina 14