- - tiÊföÈgÊÊÊÉ $m. Instructie op de Wackett. tegen het voetenstuur moest verduidelijken wat je moest doen. Gelukkig zat er een soort frame tussen leerling en instructeur. Als je de verhalen uit het vooroorlogse tweedekker tijdperk mocht geloven dan kreeg een leerling wel eens een klap met een engelse sleutel op z'n gelukkig harde vlieghelm als hij de bedoelingen van de instructeur niet begreep. Als de instructeur zijn cockpitdak openschoof kon hij bij een landing langs de kist kijken omdat hij niet alleen achter de leerling zat maar ook wat lager. Noodzake lijk was dit zelfs als de leerling de instructeur met enkele gebaren duidelijk had gemaakt dat er weer eens olielekkage was en de voorruit onder de olie zat. Even vervelend was het als je merkte datje broekspijpen en schoenen onder de olie zaten. Het kistje had door de vleugelslots een vriendelijke vrille. Bij het overtrekken begon de Wackett even te trillen en klapte dan over een vleugel weg. Na zo'n 5 slagen had je hem meestal weer onder controle. Het echte 'nothing on the clock but the makers name and even that was spelled wrong' (het echte stuntwerk dus) was erbij de Wackett niet erg bij met z'n te geringe pk's. Om een looping te draaien moest je met lull power en duikend het beestje snelheid geven alvorens op te trekken en de loop in te zetten. Deed je dat niet of onvoldoende dan kwam je als een aangeschoten vogel naar beneden. Het parool was dus alleen op flinke en veilige hoogte een looping draaien. De solo overlandvluchten, met in de begin periode voorzien van een Stengun en muni tie, was weer een ander avontuur. Ergens was een niet in gebruik zijnd vliegveldje. Zagje er geen Nederlandse troepen dan verkende je eerst goed de omgeving waarbij je dan lekker laag kon vliegen. Leek alles veilig dan maakte je een touch and go. Landen, omdraaien, taxiën en weer starten was een risico dat je nam als je er zeker van meende te zijn dat er eigen troepen stonden te kijken. Het laagvliegen was weer een andere sensatie en het hoogtepunt was als de instructeur de voorvlieger was en we follow the leader moesten oefenen. Onder het motto 'machts vertoon' drukte de instructeur z'n kist soms beneden de toch niet al te hoge rubberbo men in de omgeving van Kalidjati en daverden we huisje boompje beestje er vrolijk op los. Mensen mochten we niet lastig vallen maar een eenzame slome karbouw was wel eens het slachtoffer. Met de staart recht omhoog probeerde het eens zo slome dier onze snelheid te evenaren. 16 'y/Y-V,,-:

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1989 | | pagina 16