op de trein naar Lipetsk gezet. Daar aange komen werden ze ingedeeld in het 4e Squadron van de Rode Luchtmacht. Om het geheel een realistisch tintje te geven werd een aantal verouderde Russische vliegtuigen aan de rand van het vliegveld opgesteld. Russi sche militairen zorgden voor de bewaking; nieuwsgierigen werden angstvallig op een afstand gehouden. Aanvankelijk werd het vliegveld van Lipetsk door een zestigtal Duitse vliegers en instructeurs bevolkt. In de loop van het 'seizoen', dat van mei tot en met september liep, groeide dit aantal tot onge veer honderd man. De Russen leverden bouwmaterialen; alle andere voorraden werden via Stettin naar Leningrad verscheept en verder per trein naar Lipetsk vervoerd. Het duurde ongeveer een jaar voordat Duitse technici en bouw kundigen met behulp van Russische werk lieden de accommodatie zodanig hadden opgebouwd, dat Lipetsk operationeel werd verklaard en de eerste groep leerlingen kon worden ontvangen. De voorhanden zijnde vliegtuigen waren dusdanig verouderd, dat er behoefte onstond naar modern materiaal, waarmee up to date jachtvliegers konden worden opgeleid. Om in die behoefte te voorzien richtte de Reichswehr zich tot de groot industrieel Hugo Stinnes. Diens ver tegenwoordiger, kapitein Hormei, nam daarop contact op met Fokker in Amsterdam en polste hem over de levering van een honderdtal jachtvliegtuigen. Fokker, belust op een belangrijke order, verspilde geen moment en begaf zich spoorslags naar Stinnes' imposante kantoor in Hamburg, waar hij nog diezelfde dag een bespreking met Hormei had. In eerste instantie bood Fokker zijn D. XI jager aan, een anderhalf-dekker, waarin met de D. IX opgedane ervaringen waren ver werkt. De beide vrijdragende vleugels, on derling door een V-stijl verbonden om torderen te voorkomen, waren geheel be kleed met triplex. De eerste uitvoering met gecompenseerde ailerons had een spanwijd te van 11,67 m. De latere machines hadden tapse vleugels met niet-gecomperseerde ailerons; spanwijdte nu 11,58 m. Met een Hispano-Suiza motor van 300 pk kon de D. XI een snelheid van 226 km/u bereiken. Het De prototype van de Fokker D. XIII, dat nog met de oude bovenvleugel met gecompenseerde rolroeren was uitgerust. 19

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1989 | | pagina 19