Het eerste
Nederlandse militaire luchtvaartuig
Vier ervaren en deskundige medewerkers gaan binnen een tijdspanne van vier maanden
met pensioen. Adequate vervanging is op korte termijn niet haalbaar.
M. Botma
Direkteur Militaire Luchtvaart Museum
Op 1 juli 1988 bestond de Koninklijke Luchtmacht 75 jaar, hetgeen de meeste
lezers niet ontgaan zal zijn. Enig rekenwerk leert dat de startdatum 1 juli 1913
geweest moet zijn. Toch bezat Nederland reeds in 1911 een militair
luchtvaartuig. Hoe kon dat?
Op 17 februari 1910 werd de Vakafdeling
voor Aviatiek van de Koninklijke Nederland
se Vereeniging voor Luchtvaart opgericht.
Eén van de bestuursleden was de sportman
W. Jochems uit 's-Gravenhage. Behalve
sportief was deze heer ook puissant rijk.
Derhalve kon hij het zich permitteren zijn
affiniteit voor de luchtvaart niet te beperken
tot het bestuurslidmaatschap van de ge
noemde vereniging. H ij stelde ook een daad.
Hij bestelde in Frankrijk een Zodiac VI
ballon en bood dit luchtschip (het was 1911
en zelfs in de vakpers werden de termen
ballon en luchtschip, en dat laatste was het,
door elkaar gebruikt) aan de Nederlandse
regering aan voor training van officieren,
zodat een 'aeronautical corps' gevormd zou
kunnen worden.
Het Zodiac VI luchtschip maakte half mei
1911 zijn eerste vaart, in Frankrijk, onder
commando van graaf de la Vaulx. Na nog
drie (proefvaarten was het geval blijkbaar
off-test en werd het naar Nederland overge
bracht. Van nieuwe vaarten kwam echter
niets, want politici gingen zich ermee be
moeien. Langdradige beschouwingen in de
Staten-Generaal volgden, waarbij de natuur
lijk allerminst deskundige geachte afgevaar
digden ellenlang redetwistten over de vraag
of luchtschepen danwel vliegtuigen voor de
militairen in aanmerking kwamen.
De schenking van de heer Jochems kon men
moeilijk weigeren want sommige andere
landen hadden al 25 jaar een militaire'lucht
vaartinrichting', maar men tilde er zwaar aan
dat ook nog waterstof moest worden aange
kocht en dat er ook een onderkomen voor
het luchtschip zou moeten komen. Mogelijk
onder de indruk van het betoog van de vrij
liberaal, de heer Tydeman, die vond dat de
minister geen geld uit de staatskas moest
besteden aan technische proefnemingen met
minderwaardige luchtschepen, besloot men
de schenking te accepteren, maar tegelijker
tijd het bezoek aan ons land aan te moedigen
van vreemde luchtschepen waarin door
Nederlandse officieren zou moeten worden
plaatsgenomen. Eigenlijk voelde men meer
voor vliegtuigen, maar, zo werd gesteld, de
vliegtuigindustrie stond nog in de kinder
schoenen en er was elk ogenblik kans op een
uitvinding die in gebruik zijnde toestellen
verouderd zou maken.
In militaire kringen hoopte men het Zodiac
VI luchtschip, dat inmiddels 'Duindigt' was
gedoopt, naar het gelijknamige buiten van
Jochems, te kunnen inzetten bij de leger-
manoeuvres die van 20-27 september 1911
zouden plaatsvinden. Omdat de regering
geen geld beschikbaar wilde stellen voor de
benodigde waterstof ging dat niet door. Het
aviatisch element in de manoeuvres bleef
5