de schepen barst het vuur los maar ook van
de wal waar het afweergeschut dat langs de
kustweg was mee gereden in stelling wordt
gebracht en een spervuur afgeeft waarbij vele
granaten in het water ontploffend hoge
waterfonteinen veroorzaken. In deze fase is
het afweervuur nog niet erg accuraat boven
dien houdt de leider zoveel afstand dat de,
meest gevaarlijke, Bofor-snelvuurkanonnen
niet effectief zijn.
Inmiddels hopen wij dat er de nodige
vuurstoringen zullen optreden, dat is mooi
meegenomen op het moment van de aanval.
De leider verbreekt de radio-stilte en geeft de
laatste aanwijzingen: Alfa en Bravo torpedo
boot, Charlie voorste Tare-Able, Delta twee
de Tare-Able, ik val aan zodra de schepen in
de acht-uur positie zijn. Met de ons bekende
kreet 'attaquer' zet de leider met een scherpe
dalende bocht de aanval in onmiddellijk
gevolgd door Bravo kort daarop Charlie en
dan als laatste Delta.
De aanval is goed gecoördineerd en wij
kunnen in de laatste positie het strijdtoneel
goed overzien. De positie van de schepen is
als volgt: de beide transportschepen varen
nagenoeg recht achter elkaar met een tussen
ruimte van ongeveer 400 m en vrij dicht
onder de kust, de torpedobootjager vaart
vollekracht zigzaggend ter hoogte van de
opening tussen de beide schepen maar
verder in zee. Het afweer is hevig en vooral
Alfa en Delta hebben het nu hard te
verduren. Als we de minimum hoogte van
1500 ft hebben bereikt gaan we horizontaal
vliegen en zijn we geheel op ons doel
geconcentreerd, de besturing wordt als het
ware aan de bombardier overgegeven, die
heeft inmiddels de bomdeuren geopend
hetgeen door een lichtsignaal in de cockpit
wordt aangegeven. Dit is de meest enerve
rende fase van de aanval en bij een goed
getrainde bemanning hoeft het niet langer
dan 10 seconden te duren maar die lijken
dan eindeloos vooral als de lucht om je heen
er uitziet als een krenteboi veroorzaakt door
explosies van de luchtdoelgranaten. We
krijgen nog een kleine correctie van de
bombardier naar rechts en zijn dan diago
naal op de lengte-as van ons doel gericht, de
snelheid is 230 mijl, we horen en voelen
projectielen inslaan, zowel de boven- als de
onderkoepel vuren nu onophoudelijk en de
hele machine is bezwangerd met kruitdamp
die je roekeloos en agressief maakt.
De bombardier meldt 'bombs away' en de
bomdeuren gaan dicht waarop de machine
stijl wordt opgetrokken en dan weer naar
links, naar beneden en weer naar rechts
wordt gestuurd om het afweer zo min
mogelijk de kans te geven op ons ingescho
ten te raken. Alles gebeurt razendsnel en al
vlug zijn we buiten het bereik van het
afweergeschut en vliegen we laag over het
water naar het afgesproken 'rendez vous'
punt want het onderlinge visuele contact is
tijdens de aanval, direct bij de concentratie
op het doel, verloren gegaan. Al vlug zien we
twee vliegtuigen op enige afstand voor ons
uit laag boven zee vliegen, als we dichterbij
komen blijken het Alfa en Charlie te zijn,
Bravo hebben we niet meer gezien en werd
vermoedelijk door zwaar afweervuur direct
bij de inzet van de aanval fataal getroffen.
Anton Bouwman die met mij als eerste
versterking vanuit Amerika het 18e was
komen versterken, kwam hierbij om het
leven.
Ruim vijf uur na de start keren drie van de
vier Mitchell's gehavend terug op de thuis
basis. Er waren geen 'direct hits' waarge
nomen wel lagen alle bommen zo dichtbij
dat ze als nearmisses worden geclassificeerd
en de volgende dag worden de schepen een
gemakkelijke prooi voor onze wapenbroe
ders.
Met deze aanval werd opnieuw bewezen dat
een aanval op schepen - die goed verdedigd
waren - op een hoogte van 1500 ft niet de
juiste aanvalstactiek was en altijd tot verlie
zen leed zonder de gewenste resultaten.
Hierin kwam spoedig verandering met de
komst van de nieuwe, gemodificeerde, B-25
type H enj de zogenaamde strafer versie met
hun 12 naar voren vurende .50 mitrailleurs.
AANVALSTECHNIEK EN TACTIEK
MET DE B-25 STRAFER
Met dit type werd door het 18e een geheel
nieuwe aanvalstechniek en tactiek ontwik-
11