Sgt. De Hoog vertelt ons dat de Sgt. Visser bij de landing zijn hoofd heeft gestoten en dat hij vermoedelijk opslag dood moet zijn geweest. Zoals gezegd we waren allen ge wond. Lt. Zeydel had een schot door zijn rechter dijbeen gekregen en zat onder de snijwonden veroorzaakt door het perspex van de neus waardoor hij bij de landing naar buiten was geschoten. Sgt. De Hoog had twee gezwollen knieën en een grote wond boven het rechter oog. Ik had een schot door mijn linker elleboog en een schampschot aan mijn linker been, verder nog wat kleine verwondingen. Sgt. Hoogtij had een hoofd wond en diepe sneden in zijn linker voet, Brig. Gerards had een schotwond door zijn rechter kuit. We hadden slechts wat nood verband aan boord en dat werd gebruikt voor de Lt. Zeydel die het hevigst bloedde. Haaien kwamen op ons bloed af maar we werden niet aangevallen, ook kwam de zero niet meer terug. We weten niet zeker of we hem hebben afgeschoten maar dit moet waarschijnlijk wel het geval geweest zijn omdat we uit ervaring wisten dat de Jap op drenkelingen schoot. Tegen zonsondergang gaf de Lt. Zeydel geen teken van leven meer, het lichaam was verstijfd de ogen geopend en we konden geen han- en polsslag meer waarnemen en met toestemming van de Sgt. De Hoog die nu de oudste in rang was werd het lichaam onder gebed in zee geworpen. We hadden een pakje chocolade ter grootte van een vierkante decimeter. Drie dagen en nachten dreven we hulpeloos in zee en eindelijk in de ochtend van de vierde dag 12 okt 1943) zagen we land in de verte. Bij het zien daarvan werd de Sgt. Hoogtij krankzin nig, begon te schreeuwen en riep dat hij naar het land zou zwemmen. We hebben nog geprobeerd hem tegen te houden maar de boot sloeg om. We hebben de Sgt. Hoogtij nog landwaarts zien zwemmen maar hebben hem daarna niet meer teruggezien. Sgt. De Hoog, Brig. Gerards en ik zaten toen nog in het bootje. We peddelden landwaarts en eindelijk diep in de nacht kwamen we aan land. We waren te zwak om te lopen, kropen over het strand en bleven uitgeput onder een boom liggen waar we in slaap vielen. De volgende ochtend werd ik plotseling wakker en zag een Japanse soldaat met zijn geweer in de aanslag die meteen op ons begon te schieten. Brig. Gerards kreeg een schot door het hoofd en moet op slag dood geweest zijn. Sgt. De Hoog die links van mij lag werd ook getroffen waarna ik hem geen beweging meer heb zien maken, ook hij moet onmid dellijk dood geweest zijn. Ik maakte zoveel mogelijk bewegingen op het strand om de Japanner af te leiden en zijn kogels te ontwijken. Hij schoot nog twee keer op mij maar raakte me niet. Inmiddels had ik me achter een rots verscholen waarop nog een kogel afketste en toen hield het schieten op waarschijnlijk was zijn houder leeg. Ik kwam achter de rots vandaan waarop de Jap mij beval me uit te kleden waarna hij mij aan een boom vastbond en mij met zijn bajonet begon te bewerken daarbij schreeuwde hij: 'Maoe mati'. Het is zeker mijn geluk geweest dat er op dat moment een officier te paard op het toneel verscheen en mij meenam naar Waingapoe. Daar kreeg ik wat te eten en drinken. Daarna werd ik ondervraagd en kreeg ik foto's te zien van vliegvelden in N- Australië, o.a ook van Batchelor maar ook velden die ik niet kende. Ook wisten ze mij te vertellen dat onze commandant de Ltkol. Zomers was. Na vijf dagen werd ik naar Soerabaja gevlogen en ook daar werd ik weer ondervraagd door de militaire politie. Weer vijf dagen later werd ik in een van onze eigen Lockheed 12's in vier dagen naar Tokio gebracht waar weer een ondervraging volg de. Toen ik hen vertelde dat ik geen Engels sprak en er geen tolk aanwezig bleek werd ik met rust gelaten. Op 24 januari werd ik naar een krijgsgevangenkamp in Ashio gebracht, tot 15 augustus 1945 heb ik daar in een kopermijn gewerkt met nog 200 andere Nederlandse krijgsgevangen uit Java. Op 4 september 1945 werden wij naar Yokohama vervoerd en kwamen wij in handen van Amerikanen. EEN MUZIKAAL INTERMEZZO Met deze bemanning verloor het 18e niet alleen een fijn stel vrienden maar ook een zeer verdienstelijk componist/pianist in de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1991 | | pagina 16