door met niet minder dan 58 toestellen van Turner AFB in Georgia naar Misawa Air Base in Japan te vliegen onder de codenaam 'Fox Peter One'. Deze verplaatsingen werden routine als onderdeel van de SAC jagerope raties. Maar de Thunderjet is waarschijnlijk het bekendst door zijn operaties in Korea, waar niet minder dan 335 toestellen van het type F-84D, E en G werden verloren, waarvan meer dan 50% door luchtafweergeschut. Zoals de meeste tactische vliegtuigen van de USAF, werd ook de Thunderjet op grote schaal gebruikt bij de Air Force Reserve en de Air National Guard nadat ze door modernere typen bij de USAF waren vervan gen. Enkele F-84E's bleven in dienst bij ANG tot midden 1959, terwijl de F-84G het zelfs nog een jaar langer uithield, weliswaar in steeds kleinere aantallen. DE THUNDERJET IN NEDERLAND In het kader van versterking van de europese en andere luchtmachten werden onder het MDAP (Mutual Defence Assistence Pro gramme) 2336 Thunderjets geleverd. Hier van waren 100 F-84E's, de overige waren van het type G. Deze vliegtuigen kwamen vanaf 1951 terecht in de NAVO-landen België, Denemarken, Frankrijk, Griekenland, Italië, Nederland, Noorwegen, Portugal en Turkije en in Taiwan, Iran, Tailand en Joegoslavië. Op 15 maart 1951 kwamen de eerste vier Thunderjets in kratten in Nederland aan. Deze waren van type F-84E. De eerste testvlucht werd op 21 maart daaropvolgend gemaakt. De toestellen werden daarop toe gewezen aan het op 1 mei 1951 opgerichte 311 sqn. Tijdens de toen bekende Ilsy-feesten op Ypenburg werd op 28 juli 1951 formeel door Generaal Eisenhouwer de eerste F-84E aan Nederland overgedragen. Via schepen en d.m.v. z.g. 'High Flights' bleef de aanvoer van Thunderjets doorgaan. Uiteindelijk werden 21 F-84E's en 166 F- 84G's aan Nederland geleverd. De beginjaren vijftig betekende voor Neder land in wezen de opbouw van haar lucht macht. De F-84E/G's kwam terecht bij het Commando Tactische Luchtstrijdkrachten (CTL), waarvan de squadrons met een tussenruimte van soms slechts enkele maan den werden opgericht. De volgende squadrons hebben langere of kortere tijd met de F-84E/G gevlogen: 306, 311, 312, 313, 314, 315 en 316. Nadat 311 sqn. in eerste instantie met de F- 84E had gevlogen, werden deze omgeruild tegen de G, 306 sqn. dat op 1 oktober 1953 werd opgericht kreeg de F-84E, waarbij in de linker tiptank een fotocamera werd geplaatst. Diverse E's van 306 vlogen ook met tiptanks van de T-33. Nadat op 9 december 1955 de eerste F-84F Thunderstreaks formeel werden overgedra gen, nam het aantal Thunderjets snel af. Eind 1956 waren alle squadrons die voor heen met de Thunderjet vlogen, uitgerust met de Thunderstreak of diens foto-uitvoe ring, de Thunderflash. De F-84E's werden afgeschreven, maar voor de meeste G's brak een nieuwe periode aan: een deel werd ingeleverd bij de USAF, maar anderen werden overgevlogen naar Dene marken, Griekenland, Portugal, Turkije en Joegoslavië. Een groot aantal Thunderjets is echter in Nederlandse dienst verongelukt, waarbij helaas een aantal vliegers het leven liet. Voor de Koninklijke Luchtmacht was de Thunderjet evenwel de eerste kennismaking met een amerikaans toestel en de organisatie daaromheen. De KLu, toen nog voorname lijk op britse leest geschoeid deed daardoor belangrijke ervaringen op. Momenteel zijn twee Thunderjets in het bezit van het Militaire Luchtvaart Museum een F-84E de TP-25/K-6 en een F-84G de DU-14/'K-40' (orgineel K-171), delen van de K-6 tonen het besturingssysteem. Al sedert de zestiger jaren staat bij de poort op de vliegbasis Eindhoven de F-84GK-85', waarvan de identiteit niet zeker is. Hans Berfelo 15

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Nieuwsbrief Militaire Luchtvaart Museum | 1992 | | pagina 15