stuks) en helikopters van het type Westland
Lynx (22). Orion patrouillevliegtuigen wor
den sinds kort ook in het Carai'bische gebied
(en Lynx helikopters vanaf het stationsschip
in de Antillen) ingezet bij de opsporing van
drugssmokkelaars. Activiteiten die worden
uitgevoerd in samenwerking met de Ameri
kaanse Coast Guard en DEA. Voorts is op de
vliegbasis Hato het gecombineerde marine/
luchtmachtsquadron 336 geplaatst, dat is
uitgerust met twee Fokker Maritime toestel
len. Verder is permanent een Orion op het
IJslandse vliegveld Keflavik gestationeerd
om patrouillevluchten boven de Noorse Zee
uit te voeren.
Het volgen van vlootbewegingen, het opspo
ren, localiseren en - in oorlogstijd - uitscha
kelen van vijandelijke eenheden. Dat zijn
operaties waarvan het succes in belangrijke
mate mede bepaald wordt door de Marine
luchtvaartdienst. De Orions van het 320 en
321 squadron (de groep maritieme patrouil
levliegtuigen) opereren vanaf walbases en
het marinevliegkamp Valkenburg is hun
thuisbasis. Voor de helikoptergroep is dat De
Kooy met de squadrons 7 en 860. Laatst
genoemde levert de helikopters en boord-
vliegtuigploegen voor de schepen van de
vloot.
Squadron 7 is belast met de opleiding van
het grond- en vliegend helikopterpersoneel
en is eveneens belast met de SAR-taak. De
marineluchtvaartdienst speelt in vredestijd
een belangrijke rol bij het redden van
mensen op zee. De acties van de verschillen
de overheidsdiensten worden geleid en
gecoördineerd vanuit het Kustwachtcen
trum in het gebouw van het Rijkskuststation
'Scheveningen-Radio' in IJmuiden.
Een andere civiele taak is het, in samenwer
king met de Rijkspolitie, opsporen van
vervuilers van de zee (Kustwacht) en de
visserij-inspectie. Voor dit doel worden, met
de Orion, jaarlijks zeshonderd vlieguren
gemaakt.
De grote verdiensten van de MLD zijn door
Hare Majesteit de Koningin erkend. Dit
werd tot uitdrukking gebracht door op 9
april 1942 de onderscheiding Ridderkruis
der 4e klasse van de Militaire Willemsorde
toe te kennen, op 25 augustus 1942 de MLD-
vlag uit te reiken en op 18 augustus 1962 de
MLD de eer toe te kennen een vaandel te
mogen voeren.
MUSEA
Zoals hiervoor opgemerkt zal de collectie
van het Militaire Luchtvaart Museum met
twee historische vliegtuigtypes worden uit
gebreid. Het vliegkamp De Kooy beschikt al
een aantal jaren over een 'traditiekamer'.
Waar met niet al te omvangrijke attributen
eveneens het MLD-verleden in beeld wordt
gebracht. Voor de instandhouding is een
commissie ingesteld, waaronder de werk
groep filatelie, die voor de uitgifte van
gelegenheidsenveloppen zorgt. Sinds 1983
zijn er achttien verschillende enveloppen
uitgebracht en de catalogus waar de van de
eerste twee exemplaren is inmiddels opge
lopen tot 120,-. Binnen afzienbare tijd zal
de traditiekamer een nieuw verblijf krijgen,
waar de MLD-geschiedenis op aangepaste
wijze zal worden uitgebeeld.
Ook in het buitenland bevinden zich een
aantal musea met vliegtuigen en helikopters,
die een belangrijke rol in onze maritieme
geschiedenis hebben gespeeld. De meeste
historische MLD-types kan men aantreffen
in het museum van de Fleet Air Arm, naast
het vliegkamp Heron bij Yeovilton in het
Zuid/west-engelse graafschap Somerset. Het
is gelegen aan de autosnelweg B 1351,
Londen-Ilchester. In en buiten dit museum
zijn bijna 50 maritieme toestellen onderge
bracht. Tot de publiekstrekkers van het FAA-
museum behoort ook één van de Concorde
prototypes. Op het Britse vliegkamp Heron
is eveneens de Historical Flight van de Royal
Navy gevestigd.
Voor meer informatie over deze jubilaris
willen wij tenslotte een aantal, nog in de
handel zijnde, boeken noemen. Deze litera
tuur is o.m. verkrijgbaar in onze museum
shop De Brik:
- '75 Jaar marine vliegtuigen' samengesteld
door LTZ 1 W.J.J. Geneste, uitgeverij
Eisma BV.
- '75 Jaar MLD' samengesteld door G.H.
Kamphuis, uitgeverij De Alk BV.
11