Slechts twaalf dagen bleef het squadron op
Twenthe. Op 30 april werd naar de Duitse
basis Varrelbusch verhuisd. Deze basis
verkeerde in een zeer slechte staat, zodat het
veel moeite en improvisatie kostte om dit
veld weer enigzins bewoonbaar te maken.
De dagen daarop werden nog een aantal
missies gevlogen, maar op 8 mei 1945 was
VE-day (Victory Europe) een feit.
Diezelfde dag nog werd een indrukwekken
de luchtparade gehouden.
Ten gevolge van de operaties verloor het
squadron in de laatste maanden van de
oorlog meer vliegers dan in de VA jaar
daarvoor, toen in en vanuit Engeland werd
gevlogen. Tien vliegers verloren in deze
periode hun leven voornamelijk door de
hevige Duitse luchtafweer.
Een nieuwe periode brak aan. De oorlogs
druk viel weg en de vliegers namen deel aan
verschillende parades. Op 2 juli moeste het
squadron nog een keer verhuizen en wel
naar de basis Wunstorff. Ook hier waren de
activiteiten nihil. Na een verblijf van 3
maanden op Wunstorff vertrok op 1 oktober
1945, 69 man grondpersoneel naar Neder
land. Daarmee was de ontbinding van 322
Squadron begonnen. De Spitfires werden
teruggevlogen naar Las ham, Engeland, waar
de toestellen werden gestript en verschroot.
Het 322 Squadron was 'reduced to a number
only'.
DE INDIË PERIODE
In Indië waren kort na de tweede wereld
oorlog ernstige problemen ontstaan, zodat
de regering besloot de luchtstrijdkrachten
aldaar te versterken.
Hiertoe werd op 27 september 1946 bij
Koninklijk Besluit de 322ejachtvliegafdeling
opgericht. Het squadron kreeg tot taak de
activiteiten van het 120 Squadron ML-KNIL
te Semarang op Java over te nemen.
De voorbereidingen daartoe vonden plaats
bij de Jachtvliegschool op Twenthe. Aller
eerst werden een 35-tal Spitfires Mk.IX uit
Engeland overgevlogen, waar na een grondi
ge inspectie, met het trainingsprogramma
kon worden begonnen.
Een klein jaar na de her-oprichting werd
afscheid genomen van Twenthe en op 10
september 1947 ving het eerste gedeelte van
de lange tocht aan met een rit in 3-tonners
naar Rotterdam, waar werd ingescheept op
de 'Sloterdijk'.
De vliegtuigen, 20 Spitfires Mk.IX, waren
rechtstreeks vanuit Engeland met de S.S.
Roti naar Indië verzonden.
Na een reis van vier weken arriveerde het
squadron in Tandjong Priok, waar de in
kisten verpakte Spitfires inmiddels al waren
aangekomen.
Op 23 oktober 1947 begon de opbouwploeg
met de eerste Spitfire. De opbouw zou niet
van een leien dakje gaan, daar de toestellen
door het transport over zee door vocht te
lijden hadden gehad. Op 10 november 1947
echter koos de eerste Spit het luchtruim voor
een testvlucht. In de maand december waren
al zo'n 9 Spitfires gereed en vertrok de A-
flight naar het vliegveld Kalibanteng bij
Semarang. De activiteiten beperkten zich
echter tot verkenningen, escortes en het zo
nu en dan optreden tegen bestandschendin
gen.
Ruim een jaar duurde deze situatie voort, tot
half december 1948 de komende Tweede
Politionele Actie het squadron activeerde.
Op 17 december moest de basis van air
cover worden voorzien tegen vijandelijke
verrassingsaanvallen. Het veld was nu een
verzamelplaats voor een groot aantal toestel
len van de ML, zoals Mustangs, Kittyhawks,
Mitchells en Dakota's. In de vroege ochtend
van 19 december werd vanuit Kalibanteng
middels een verrassingsaanval het vliegveld
Plagoewo bij Djokjakarta door paratroepers
bezet. 322 Squadron verleende air-cover en
vernietigde de Republikeinse wereldzender
ten zuiden van Solo. Na 14 dagen waren
door 322 zo'n 80 opdrachten uitgevoerd, in
totaal 186 sorties. Gedurende de hele poli
tionele actie vloog het squadron 685 opera
tionele sorties met daarnaast nog de nodige
oefenvluchten. Halverwege 1949 boekten de
vredesbesprekingen enig resultaat en nam
de activiteit af. De nadruk kwam nu te liggen
op het escorteren van Dakota's, die voedsel-
en medicamentendroppings uitvoerden bo
ven buitenposten van het leger. Ook door
12